Schriftelijke vraag betreffende de boetes voor de lage-emissiezone (LEZ).
- Indiener(s)
- Petya Obolensky
- aan
- Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 865)
Datum ontvangst: 01/07/2021 | Datum publicatie: 15/09/2021 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 15/09/2021 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
16/07/2021 | Ontvankelijk | p.m. |
Vraag | Sinds de invoering van de lage-emissiezone mogen oudere auto's geleidelijk aan het Brussels Gewest niet meer in. Telkens wanneer het verbod wordt uitgebreid, is er een overgangsperiode, zonder boete, voor de voertuigen die onder de nieuwe regels vallen. Na die overgangsperiodes worden de boetes ten hoogste om de 3 maanden verzonden (d.w.z. maximaal 4 boetes per voertuig per jaar). Bovendien werden de LEZ-boetes opgeschort tussen maart en 01 juli 2020.
Mijn vragen zijn de volgende:
|
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Antwoord | 1) Op basis van de gegevens van ANPR-camera’s die geïnstalleerd werden op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is het aantal unieke voertuigen dat jaarlijks in overtreding is (dat wil zeggen voertuigen die niet voldoen aan de toegangscriteria van de LEZ en die toch in de LEZ hebben rondgereden) verdeeld als volgt: - In 2019: 31.158 voertuigen - In 2020: 72.472 voertuigen - In 2021(van 01/01) tot 30/06/2021): 24.220 voertuigen Die cijfers hebben alleen betrekking op Belgische inschrijvingen. Voertuigen met een LEZ-afwijking of met een dagpas worden niet meegerekend. 2) In 2019 werden 9.936 boetes uitgestuurd. In 2020 waren dat er 12.321. Dat is meer dan in 2019, ondanks het feit dat de boetes tussen midden maart en eind juni werden opgeschort (vanwege de lockdownmaatregelen in verband met de COVID-19-pandemie). Die stijging is het gevolg van het hoger aantal voertuigen dat de LEZ niet meer mag binnenrijden in vergelijking met voorgaande jaren. Voor het jaar 2021 werden er tot nu toe 9.219 boetes uitgestuurd. Het bedrag van de boete wordt bepaald door het BWLKE (art. 3.4.1/1) en de boete bedraagt 350 euro. De geïnde bedragen voor de drie aangehaalde jaren zijn de volgende:
Ter aanvulling: tijdens de overgangsperioden, namelijk tussen 1 januari en 31 maart 2019 en 2020, werden er ook waarschuwingsbrieven gestuurd. 3) De verdeling van de opgelegde boetes op basis van het gewest waar het voertuig werd ingeschreven ziet er als volgt uit:
We stellen vast dat er meer boetes worden opgelegd aan automobilisten van wie het voertuig buiten het BHG werd ingeschreven. Daarom moet er op nationaal niveau worden gecommuniceerd om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk burgers met het systeem vertrouwd zijn. De controle van de in het buitenland ingeschreven voertuigen is nog niet mogelijk omdat de technische en persoonsgegevens niet uitgewisseld kunnen worden met andere lidstaten van de Europese Unie in het kader van het LEZ-systeem. Er zijn echter besprekingen gaande op Europees niveau en de uitwisselingen worden voortgezet met het oog op bilaterale overeenkomsten met de buurlanden. Er is ook een analyse aan de gang om binnen Brussel Mobiliteit een mobiel controleteam op te zetten dat onder meer de opdracht zou hebben om de LEZ te controleren. 4) Wanneer een boete niet op tijd wordt betaald, wordt een herinnering gestuurd en wordt het bedrag vermeerderd met 20%. Verwijlintresten zijn ook van toepassing. Wanneer het dossier na de herinnering nog steeds niet is betaald, wordt een dwangbevel uitgevaardigd en wordt het dossier overgemaakt aan een gerechtsdeurwaarder. Het bedrag dat van de verschuldigde wordt gevorderd, wordt dan vermeerderd met de door de gerechtsdeurwaarder gemaakte kosten voor de invordering van de schuld van het Gewest. Die kosten zijn bij Koninklijk Besluit van 30 november 1976 wettelijk vastgelegd. Ter informatie: de deurwaarderskosten bedragen per dossier gemiddeld 150€. Hier volgt het aantal dossiers met een herinnering of dwangbevel in 2019, 2020 en 2021:
5) Het aanvragen van een afbetalingsplan biedt de overtreder de mogelijkheid om de betaling van de boete over een bepaalde periode te spreiden. De aanvragen zijn jaarlijks als volgt verdeeld:
|