Schriftelijke vraag betreffende de sportterreinen.
- Indiener(s)
- Françoise Schepmans
- aan
- Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 890)
| Datum ontvangst: 09/09/2021 | Datum publicatie: 10/03/2022 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 20/21 | Datum antwoord: 07/03/2022 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 31/01/2022 | Ontvankelijk | p.m. |
| Vraag | Sport is goed voor het lichaam, maar ook voor de geestelijke gezondheid en het psychisch evenwicht, vooral tijdens deze pandemie.
Naar aanleiding van de oproep tot het indienen van projecten ter ondersteuning van de creatie of renovatie van gemeentelijke sportinfrastructuren voor de plaatselijke gemeenschap, zal een budget van bijna 2 miljoen euro ter beschikking van de gemeenten worden gesteld. Uit het verslag van de ministerraad van 2 september blijkt dat uw regering heeft ingestemd met de selectie van de door de Brusselse gemeenten ingediende projecten. Wij juichen dat initiatief toe. Het zal het mogelijk maken om alle bewoners van een wijk aan te moedigen vrij een sportactiviteit te beoefenen en elkaar te ontmoeten in een toegankelijke ruimte. Dat is goed nieuws voor de gemeenten die, er zij aan herinnerd, dit jaar niet konden rekenen op het driejarenplan voor sportinfrastructuur, een gewestelijke steun waarop ze zwaar hadden gerekend.
|
| Antwoord | Via mijn bevoegdheden op het gebied van gemeentelijke sportinfrastructuur wordt jaarlijks steun toegekend aan gemeenten om de totstandkoming of verbetering van gemeentelijke buurtsportinfrastructuur te bevorderen. Deze infrastructuren, gelegen in de buurt van woonzones, vergroten de mogelijkheid voor de inwoners om vrij te sporten, buiten sportclubs en -organisaties. Daardoor vergroten ze de "vrije beoefening" van sport. Bovendien dragen ze bij aan het versterken van de “sociale cohesie” door ervoor te zorgen dat alle bewoners van een wijk kunnen ontspannen, plezier hebben en andere mensen kunnen ontmoeten. Wat betreft de projecten die in 2021 werden geselecteerd, vindt u alle informatie terug in het Belgisch Staatsblad van 10 september jongstleden. De in de projectoproep gepubliceerde voorwaarden voor ontvankelijkheid zijn vastgesteld in overeenstemming met de bepalingen van de ordonnantie van 31 mei 2018 met betrekking tot de toekenning van subsidies voor investeringen in gemeentelijke sportinfrastructuur, namelijk: - de infrastructuur moet een leemte in het sportaanbod vullen en de aanvrager moet dat aantonen op basis van een concrete analyse van het aanbod en de behoeften in de wijk (via studies zoals een lokale situatieschets, telling van de uitrustingen, enz.); - de infrastructuur moet gelegen zijn in een prioritair gebied volgens het Gewestelijk Plan voor Duurzame Ontwikkeling; - het uitwerken van het project moet een participatief proces hebben gevormd waarbij de burgers werden geraadpleegd en met hen werd overlegd; - de investering heeft betrekking op een infrastructuurproject bestemd voor sportinitiatie voor kleine kinderen (10 jaar en jonger), die ook de inrichting van de omgeving kan omvatten, om de sociale cohesie te bevorderen (bankjes, bomen, vuilbakken, hekken, enz.); - de investering heeft betrekking op het in overeenstemming brengen van de buurtsportinfrastructuur (renovatie van structuren die vandaag of in de nabije toekomst niet meer kunnen worden gebruikt), om de geldende regelgeving na te leven. In de ontvankelijkheidsvoorwaarden van de projectoproep wordt niet expliciet rekening gehouden met de bevordering van projecten die meer specifiek gericht zijn op het toegankelijk maken van lokale sportfaciliteiten voor mensen met beperkte mobiliteit. Er moet echter aan worden herinnerd dat alle projecten moeten voldoen aan de stedenbouwkundige regels die hen worden opgelegd in het kader van de stedenbouwkundige vergunning. Daarom moeten ze de toegankelijkheid voor mensen met een handicap (of met beperkte mobiliteit) nu al integreren in het kader van de openbare ruimte. Tijdens de eindafrekening, die naar de administratie wordt gestuurd, moet de begunstigde de stedenbouwkundige vergunning of het bewijs van zijn vrijstelling verschaffen, waaruit blijkt dat hij zich aan de regels voor de toegang houdt. De snelheid waarmee projecten worden uitgevoerd valt onder de interne organisatie van de gemeenten en zij zullen er zeker naar streven om deze zo snel mogelijk uit te voeren, met inachtneming van de regels van overheidsopdrachten en de beschikbaarheid van de dienstverleners. Wel is zeker dat de voorwaarden van de projectoproep hen verplichten om binnen een bepaalde termijn te handelen, anders gaat de subsidie verloren. Het klopt dat begunstigden een voorschot van 50% van de door de regering toegekende enveloppe kunnen vragen, maar het saldo van de subsidie wordt vereffend na verzending naar de administratie van de documenten die voor elk project afzonderlijk zijn verstrekt, binnen 18 maanden vanaf de datum waarop de projecten door de Regering zijn geselecteerd. |