Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de afwijkingen aan de voorwaarde van het niet bezitten van een eigendom in de sector van de Sociale Verhuurkantoren

Indiener(s)
Joëlle Maison
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 902)

 
Datum ontvangst: 24/04/2022 Datum publicatie: 16/06/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 15/06/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
06/05/2022 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   

Om in aanmerking te komen voor een woning bij een SVK moet een huishouden aan verschillende cumulatieve voorwaarden voldoen, waaronder het niet bezitten van een eigendom. Artikel 125, paragraaf 1, 2° van de Brusselse Huisvestingscode bepaalt dat, om in aanmerking te komen voor huisvesting beheerd door een SVK, de kandidaat-huurder of een lid van zijn of haar huishouden geen onroerend goed in volle eigendom, in erfpacht of in vruchtgebruik mag hebben dat wordt gebruikt voor huisvesting of voor beroepsdoeleinden. Het SVK kan echter in individuele gevallen en onder bijzondere omstandigheden op basis van een met redenen omkleed besluit afwijken van deze bepaling.

Ik zou u de volgende vragen willen stellen:

1- Kunt u ons het aantal kandidaat-huurders geven van het SVK de afgelopen drie jaar (2019, 2020 en 2021) een afwijking hebben gekregen van de voorwaarde van het niet hebben van een eigendom en dus een SVK-woning hebben kunnen aanvragen, ook al waren zij houder van een eigendomsrecht, erfpacht of vruchtgebruik op een onroerend goed dat  bestemd is voor huisvestings- of voor beroepsdoeleinden? Kunt u ons een tabel bezorgen waarin voor elk van de 24 erkende Brusselse SVK's wordt aangegeven hoeveel afwijkingen van de voorwaarde van het niet hebben van een eigendom in de loop van 2019, 2020 en 2021 zijn verleend?

2- Kunt u een beschrijving geven van de "bijzondere omstandigheden" op grond waarvan een SVK kan afzien van de voorwaarde van het niet bezitten van een eigendom en een gunstig gevolg kan geven aan aanvragen voor huisvesting van huishoudens waarvan een van de leden de volle eigendom, het erfpachtrecht of het vruchtgebruik heeft van een onroerend goed dat wordt gebruikt voor huisvestings- of beroepsdoeleinden? Kunt u ons enkele voorbeelden geven van "bijzondere omstandigheden" die door de Brusselse SVK's aanvaard zijn?

 

 
 
Antwoord    Ik heb de eer u het volgende antwoord mee te delen:

Het is in de eerste plaats belangrijk te benadrukken dat de antwoorden van de FEDSVK betrekking hebben op de afwijkingen op het ogenblik van de toewijzing. Er kunnen afwijkingen zijn op het moment van de inschrijving maar omdat de SVK's niet noodzakelijkerwijs grondige controles doen bij de inschrijving of de verlengingen, zijn statistieken ter zake weinig relevant.


Het zijn inderdaad vaak verklaringen op erewoord of er is controle bij de inschrijving maar niet bij de verlenging. De wachtlijst kan zo lang zijn dat de situatie van de kandidaat veranderd is tussen de inschrijving en de toewijzing. Daarom vinden de echte controle en de eventuele afwijkingen eerder plaats bij de toekenning.


Een enkel SVK blijkt de afgelopen drie jaar een dergelijke afwijking te hebben toegekend: de SVK van Sint-Lambrechts-Woluwe, voor een enkele toewijzing.


Die ene afwijking in de afgelopen drie jaar werd verklaard door de bijzonder moeilijke situatie van de begunstigde. Het ging om een moeder van 4 kinderen, slachtoffer van huiselijk geweld, die samen met haar ex-echtgenoot mede-eigenaar was. Die persoon kreeg een afwijking, gekoppeld aan de plicht om het goed op korte termijn te verkopen.