Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het toekomstige dierencrematorium op de begraafplaats van Schaarbeek

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 1021)

 
Datum ontvangst: 29/07/2022 Datum publicatie: 20/09/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 12/09/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
18/08/2022 Ontvankelijk
 
Vraag    Het schepencollege van Schaarbeek heeft onlangs groen licht gegeven voor de bouw van het eerste dierencrematorium van Brussel. Die komt op de begraafplaats van Schaarbeek, die overigens in de gemeente Evere ligt.

De Intercommunale Coöperatieve Vennootschap voor Crematie (ICVC) heeft de opdracht gekregen om dit project uit te werken. Volgens Xavier Godart, directeur van de ICVC, “zullen vijftig procent van de geraamde kosten voor de intercommunale zijn en wordt vijftig procent met gewestsubsidies bekostigd”, zo viel te lezen via Bruzz.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

  • In welke mate werd u bij dit initiatief betrokken? Is het Brussels Gewest vertegenwoordigd in de desbetreffende intercommunale (ICVC)?

  • Kunt u verantwoorden dat de uitbouw van een dergelijk crematorium noopt tot een overheidsinitiatief? In hoeverre kan de privésector dit niet uitbaten?

  • Kan u bevestigen dat 100% van het project door publieke middelen wordt gefinancierd? Werd de wetgeving op dat vlak wel gerespecteerd? Hoe kan u garanderen dat er geen vorm van concurrentieverstoring met de privésector ontstaat? Of wordt er hier gewoon gewerkt via openbare aanbesteding? Wordt er een oproep georganiseerd om een dierencrematorium te bouwen en zijn de voorwaarden voor bouw en uitbating haalbaar en bekendgemaakt?

  • Wat is de totale kost van dit project en voor welk bedrag worden er gewestelijke subsidies uitgekeerd?

  • Welke stappen werden er ondernomen om het risico op oneerlijke concurrentie met de privésector te vermijden? Hoe gaat het onderscheid gemaakt worden tussen de middelen ingezet door publieke instanties voor de publieke opdracht en de middelen voor de opdrachten die daarbuiten vallen? Welk prijsbeleid zal er gevoerd worden?

  • Zijn er hieromtrent ooit aanvragen gekomen van de privésector en wat is hun status? Indien deze geweigerd werden, kan u toelichten om hoeveel aanvragen het gaat en om welke reden zij geweigerd werden?


 

 
 
 
Antwoord    Eerst en vooral wil ik preciseren dat het Brussels Hoofdstedelijk Gewest geen lid is van deze intercommunale, die opgericht werd door enkele Brusselse gemeenten en momenteel 13 leden telt.

Op grond van de gemeentelijke autonomie kunnen de gemeenten de aanleg van een begraafplaats voor dieren of van een crematorium voor dieren op hun grondgebied bevorderen. In tegenstelling tot wat voorzien is voor begraafplaatsen en crematoria voor mensen, gaat het hier evenwel niet om een openbare dienst die uitsluitend onder hun bevoegdheid valt, zodat particulieren een begraafplaats voor dieren of een crematorium voor dieren kunnen bezitten en uitbaten.

De Intercommunale Coöperatieve Vennootschap voor Crematie (ICVC) deelde, bij besluit van haar raad van bestuur van 7 maart 2016, een investeringsprogramma voor de jaren 2016-2018 mee in het kader van de ordonnantie van 16 juli 1998 betreffende de toekenning van subsidies om investeringen van openbaar nut aan te moedigen.

Dit programma omvatte onder meer twee projecten met betrekking tot de bouw van een crematorium voor dieren en de daarmee verband houdende studies.

De Intercommunale raamde de kosten van de werkzaamheden op 1.700.000 euro en van de bijbehorende studie op 85.000 euro. Dit programma is inmiddels achterhaald, aangezien de aanvragen voor het toekennen van een subsidie voor de driejarige periode 2016-2018 uiterlijk op 31/12/2018 bij het bestuur moesten worden ingediend.

Bovendien werd het deel van de ordonnantie dat betrekking heeft op de intercommunales gewijzigd, wat maakt dat, indien de intercommunale een subsidie in het kader van de ordonnantie wenst aan te vragen, zij eerst een aanvraag voor de principiële instemming voor de toekenning van subsidies bij het bestuur moet indienen en vervolgens een aanvraag tot toekenning van een subsidie overeenkomstig artikel 7, §2 van de ordonnantie. Tot op heden heeft de ICVC nog geen aanvraag ingediend.

Uit informatie van de ICVC blijkt echter dat het Gewest de intercommunale (*) de opdracht heeft gegeven om, rekening houdend met haar deskundigheid op dit gebied, een crematorium voor dieren te bouwen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
(*) plenaire vergadering van het Brussels Parlement van 19 december 2008

Met de gemeente Schaarbeek werd een akkoord bereikt om op de begraafplaats van Schaarbeek te kunnen beschikken over een terrein van 1.074 m² in de vorm van een erfpachtovereenkomst voor 99 jaar met een jaarlijkse canon van 60.000 euro. Het gebouw zal duidelijk afgescheiden worden van de rest van de begraafplaats met een rechtstreekse toegang van buitenaf om elke vorm van ambiguïteit te vermijden.

Het ontwerp van pachtovereenkomst zou zo spoedig mogelijk moeten worden opgesteld. De bMa (bouwmeester – maître-architecte) en Leefmilieu Brussel werden geraadpleegd om een programma op te stellen dat de projectoproep mogelijk zal maken voor de kandidaten die projecten willen indienen.

De raming van het project bedraagt momenteel 1.500.000,00 euro voor de bouw en 150.000,00 euro voor de studies.
De ICVC is voornemens een subsidie aan te vragen ten belope van 50% van de bedragen die voorzien zijn in de ordonnantie van 16 juli 1998.

Om te garanderen dat er geen vorm van concurrentieverstoring met de privésector ontstaat, dient er bij de subsidieaanvraag te worden onderzocht of de financiering en exploitatie van dit project niet in strijd is met de Europese regels inzake de toekenning van staatssteun.