Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het gewestelijke beleid omtrent coöperatief wonen

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 910)

 
Datum ontvangst: 23/09/2022 Datum publicatie: 18/10/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 12/10/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
30/09/2022 Ontvankelijk
 
Vraag   

Dat de spanningen op de Brusselse huisvestingsmarkt al enige tijd hoog oplopen, hoeft geen betoog. Ook in de andere deelstaten wordt men geconfronteerd met deze problematiek, waardoor men op zoek gaat naar alternatieven voor het traditionele kopen en huren.

Eén van die alternatieven is het zogeheten coöperatieve wonen, waarbij bewoners niet rechtstreeks investeren in een woning maar eerder een ‘aandeel’ kopen en zo mee eigenaar worden van een coöperatieve vennootschap of van bijvoorbeeld een volledig appartementsgebouw. In ruil voor dat aandeel krijgen ze een levenslang ‘woonrecht’: tegen een bepaalde maandelijkse bijdrage kunnen ze intrek nemen in een woning van de coöperatie. Daarbij worden de lasten verdeeld. Wie financieel krap zit, koopt minder aandelen, maar betaalt meer maandelijkse kosten. Wie meer kapitaal kan inbrengen, krijgt een korting op de maandelijkse som.

Ter illustratie: in Vlaanderen bestaan er momenteel al 27 coöperatieve woonprojecten. Eind juli kondigde de bevoegde Vlaamse minister van Wonen nog aan dat er vijf bijkomende proefprojecten gelanceerd worden om deze innovatieve woonvorm verder te ondersteunen.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

  • Kan u duiden of er binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest reeds gedaan wordt aan coöperatief wonen? Zo ja, kan u dit nader toelichten? Om welke projecten gaat het, door welke instanties worden deze gedragen (BGHM, Woningfonds, citydev.brussels etc.) en welke wooncapaciteit vertegenwoordigt dit? Op welke manier worden deze projecten en initiatieven concreet ondersteund?

  • Kan u duiden of u binnen uw bevoegdheden reeds verder onderzoek of studies gevoerd heeft naar de mogelijkheden omtrent het coöperatief wonen binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest? Zo ja, kan u dit nader toelichten? Op welke manier zou deze innovatieve woonvorm een antwoord kunnen bieden op de enorme spanningen die de Brusselse huisvestingsmarkt vandaag kent? In welk opzicht kan deze woonvorm een aanvulling vormen op het bestaande CLT-model?

  • Kan u in het bijzonder duiden of u reeds onderzocht heeft of er ook in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest projectoproepen opgestart kunnen worden omtrent coöperatief wonen? Zo ja, kan u dit nader toelichten? Welke acties en middelen worden hiertoe voorzien?


 

 

 
 
Antwoord    Ik dank u voor uw vraag over het gewestelijke beleid omtrent coöperatief wonen.


Voor meer details laat ik het echter aan mevrouw de Staatssecretaris Nawal Ben Hamou, belast met huisvesting, over om deze vraag te beantwoorden. Deze materie behoort immers voornamelijk tot haar bevoegdheden.