Uit cijfers die recent werden opgevraagd op Vlaams niveau, bleek dat er sprake was van een significante stijging van het aantal kandidaat-huurders dat een aangepaste sociale woning aanvroeg. Helaas bleek uit die gegevens ook dat het effectieve aandeel aangepaste woning erg verschilt per huisvestingsmaatschappij, waarbij de percentages schommelen tussen 0% en 7,58%.

Het spreekt voor zich dat het cruciaal is dat personen met een beperking ook op een geschikte huisvesting moeten kunnen rekenen, zeker wanneer het over sociale huisvesting gaat waarbij het a priori al mensen in meer kwetsbare situaties betreft.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

• Kan u duiden welk aandeel (zowel in absolute als in relatieve cijfers) van de sociale huisvesting in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest momenteel reeds voorziet in de nodige toegankelijkheid voor personen met een beperking (zowel globaal als opgesplitst per SVK/OVM)? Welke evolutie kan u duiden in deze cijfers in vergelijking met de voorgaande jaren?

• Kan u duiden hoeveel kandidaat-huurders er in 2022 reeds een aangepaste sociale woning hebben aangevraagd (zowel globaal als opgesplitst per SVK/OVM)? In welk aandeel van de gevallen kon er effectief een dergelijke woning aangeboden worden? Hoeveel kandidaat-huurders staan nog op de wachtlijst vanwege een gebrek aan beschikbare aangepaste woningen? Wat is de gemiddelde wachttijd voor kandidaat-huurders met een beperking alvorens zij een aangepaste sociale woning toegewezen krijgen? Welke evolutie kan u duiden in deze cijfers in vergelijking met de voorgaande jaren?

• Hoeveel sociale woningen staan momenteel leeg in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (zowel globaal als per gemeente) ten gevolge van een renovatieproces? Kan u de aard van deze renovatieprocessen nader duiden? Welk aandeel van deze renovatiewerken houdt in het bijzonder verband met aanpassingen omtrent de toegankelijkheid van de woning? Wat is de gemiddelde wachttijd tussen de aanvraag tot aanpassingswerken en de effectieve start ervan? Hoe lang staan deze woningen gemiddeld leeg ten gevolge van zo'n renovatieproces?

• Kan u duiden hoeveel sociale woningen in 2022 tot dusver werden aangepast om tot een betere toegankelijkheid voor personen met een beperking te komen (zowel globaal als opgesplitst per SVK/OVM)? Welke kostprijs is hieraan verbonden (zowel globaals als opgesplitst per SVK/OVM)? Kan u duiden of het Brussels Gewest middelen vrijmaakt om de SVK’s en OVM’s hierin te ondersteunen? Hoe verhouden deze cijfers zich tegenover de cijfers uit voorgaande jaren? Welke kwantitatieve doelstellingen werden daaromtrent reeds vastgelegd richting de komende jaren?

• Welk overleg pleegt u met enerzijds de verschillende actoren uit de sociale huisvestingssector en anderzijds de organisaties en verenigingen die werken rond (de huisvesting van) personen met een beperking om na te gaan op welke manier het desbetreffende aanbod op de Brusselse sociale huisvestingsmarkt zo goed mogelijk zou kunnen aansluiten op de vraag? Welke vaststellingen of conclusies zijn hier reeds uit voortgekomen? Op welke manier houdt het gewestelijke beleid hier rekening mee?