Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de voortgang van actie 4 betreffende de verwerking van vastgestelde overtredingen in het kader van de safe system approach van het Gewestelijk Actieplan Verkeersveiligheid 2021-2030

Indiener(s)
Joëlle Maison
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1430)

 
Datum ontvangst: 07/12/2022 Datum publicatie: 17/01/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 13/01/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
15/12/2022 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    Het Gewestelijk Actieplan Verkeersveiligheid 2021-2030 voorziet in de invoering van een safesystembenadering. Die benadering is erop gericht om samen met alle ontwerpers van de infrastrcutuur het aantal verkeersdoden en zwaargewonden terug te dringen. Het doel bestaat erin de kans op aanrijdingen te verkleinen en, als er ondanks alles toch een aanrijding voorvalt, het risico op overlijden of zwaargewonden te beperken.

Het Gewestelijk Actieplan Verkeersveiligheid 2021-2030 wil een antwoord bieden op de toename van het aantal vaststellingen van en vervolgingen wegens verkeersovertredingen. Door die toename is de administratieve werklast voor de politieparketten ook gestegen. In het actieplan wordt ervan uitgegaan dat het aantal te behandelen dossiers nog zal toenoemen. Er staat immers: "Om het hoofd te bieden aan de vermeerdering van het aantal te behandelen dossiers, moet er in bijkomende capaciteit worden voorzien op het niveau van het openbaar ministerie.” Wat verder staat er dat die toename, ook al zou die slechts tijdelijk zijn, moet worden beheerd en dat de geloofwaardigheid van de door de politie gevoerde controleacties daarbij op spel staat.

Daarom wordt er in het plan onder meer geopperd om een nationaal parket op te richten. Dat zou het mogelijk maken om de behandeling en de follow-up te centraliseren van de meeste verkeersboetes die het voorwerp vormen van een onmiddellijke inning of een minnelijke schikking. Die actie vereist nauwe samenwerking met de federale overheid in het kader van de Staten-Generaal van de Verkeersveiligheid.

In bijlage 4 staat: “Het parket en de politierechtbanken zijn in staat om de vastgestelde overtredingen te behandelen.” Taak 4.1 luidt: “In het kader van het federaal verkeersveiligheidsplan werkt Brussel Mobiliteit mee en neemt het actief deel aan de oprichting van dit federaal parket.”

Mijn vragen zijn als volgt:

  • Het was de bedoeling om vanaf 2023 0,10 VTE bij Brussel Mobiliteit in te zetten voor actie 4. Is dat ondertussen gebeurd?

  • Zijn de besprekingen tussen de gewesten en de federale overheid over de oprichting van een specifiek federaal parket reeds van start gegaan? Hoeveel vergaderingen zijn er gepland in 2023? Volgens welk tijdschema?

  • Kan die doelstelling om een specifiek federaal parket op te richten bereikt worden tegen eind 2023?

 
 
Antwoord    Op HR-vlak werden met de steun van mijn kabinet de nodige stappen gezet na het vertrek van het personeelslid dat met deze materie belast was bij de cel Verkeersveiligheid. De betrokkene werd in september vervangen. Sinds deze materie opnieuw werd opgenomen, vonden er geen specifieke vergaderingen rond dit thema plaats.

Het oprichten van een gespecialiseerd nationaal verkeersparket werd door de federale overheid bevestigd en is gepland in 2023. De overname van de lokale parketten zal geleidelijk gebeuren. De start van het parket voor verkeersveiligheid is voorzien tegen april 2023.