Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de ontvangsten uit de onroerende voorheffing

Indiener(s)
Luc Vancauwenberge
aan
Sven Gatz, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel (Vragen nr 588)

 
Datum ontvangst: 13/03/2023 Datum publicatie: 13/04/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 11/04/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
17/03/2023 Ontvankelijk
11/04/2023 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag   
De onroerende voorheffing is een belangrijke financieringsbron voor de gemeenten.
  • Hoeveel personen in het gewest zijn de onroerende voorheffing verschuldigd? En per gemeente?

  • Hoeveel van hen zijn eigenaar van hun enige woning in het gewest of elders in België?

  • Hoeveel personen zijn eigenaar van meer dan 3 woningen in het Gewest of elders?

  • Hoeveel zijn eigenaar van meer dan 50 woningen?

  • Wat zijn de inkomsten uit vastgoed voor elk van de 19 gemeenten in bedrag en percentage van de totale inkomsten?

 
 
Antwoord    In antwoord op deze vragen, kan ik de geachte Volksvertegenwoordiger het volgende mededelen.

Wat het aantal belastingplichtigen betreft, dient erop te worden gewezen dat Brussel Fiscaliteit – in geval van meerdere eigenaars – een identificatiecascade hanteert om de eigenlijke bestemmeling van het aanslagbiljet te bepalen. Omdat er dus slechts één persoon wordt aangeduid als bestemmeling, kan Brussel Fiscaliteit enkel het aantal ‘belastingplichtige bestemmelingen’ van het aanslagbiljet meedelen.


Voor het aanslagjaar (AJ) 2022 ging het om 356.345 belastingplichtige bestemmelingen van het aanslagbiljet. Een onderverdeling per gemeente wordt in bijlage A meegedeeld die bij dit antwoord werd gevoegd.

Wat de andere vragen betreft, dient erop te worden gewezen dat de inkohiering van de onroerende voorheffing gebaseerd is op de kadastrale gegevens. In het Kadaster bestaat de notie van “woning” niet en worden de onroerende goederen gerepertorieerd als patrimoniale percelen.

Een woning kan daarom een (manuele) optelsom zijn van een aantal patrimoniale percelen (bijvoorbeeld garage, appartement en de kelder die elk ondergebracht zijn in een onderscheiden patrimoniaal perceel) en omgekeerd kan één patrimoniaal perceel uit meerdere entiteiten bestaan, zoals een appartementsgebouw met verschillende appartementen, kantoren, … dat in het Kadaster toch slechts uit één patrimoniaal perceel bestaat.

Bovendien beschikt Brussel Fiscaliteit evenmin over de kadastergegevens van de onroerende goederen die buiten het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelegen zijn.

Er zijn daarom geen cijfergegevens voorhanden over het aantal eigenaars van één of meerdere woningen.

Op basis van het aantal toegekende premies BE HOME (AJ 2022) kan evenwel indicatief worden meegegeven dat er minstens 191.997 eigenaar-bewoners zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; zij kunnen eigenaar zijn van meerdere woningen (doch de premie wordt enkel toegekend voor de eigen woning).

Ten slotte wordt in bijlage A per gemeente ook een overzicht meegedeeld van de vastgestelde rechten voor de onroerende voorheffing (AJ 2022).

De ontvangsten uit de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing
zijn de voornaamste fiscale inkomstenbron voor de gemeenten, maar het aandeel van deze gemeentelijke opcentiemen in de totale gemeentelijke inkomsten wordt in het kader van mijn bevoegdheden niet bijgehouden. Ik verwijs u daarvoor graag naar mijn collega, de heer Clerfayt, Minister van Plaatselijke Besturen.