Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het gebruik van deelauto’s in Brussel

Indiener(s)
Carla Dejonghe
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1558)

 
Datum ontvangst: 20/03/2023 Datum publicatie: 23/05/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 09/05/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
27/03/2023 Ontvankelijk
 
Vraag    Eind 2022 telde België 121.394 actieve autodelers: +/- 40% Brusselaars, +/- 50% Vlamingen en +/- 3% Walen. Deelmobiliteit zit ook in de lift.
  1. Kan u mij de cijfers geven voor Brussel qua gebruik van deelauto’s? D.w.z.: het aantal wagens, het aantal gebruikers, en het aantal wagens (in term van autobezit) die één deelauto in Brussel vervangt?

  2. Wat is het profiel van de deelautogebruikers (leeftijd, inkomen)?

  3. Voor welke ritten gebruikt de Brusselaar de auto, het openbaar vervoer, de fiets, of wandelt hij/zij? Hoe gaan gebruikers van deelauto’s met multimodaliteit om?

  4. Welke voordelen genieten deelwagens vandaag (fiscaal, qua parkeertarieven en -faciliteiten, oplaadpunten, enz.)? Welke van deze voordelen gelden er ook voor meer community-based concepten als Cozywheels en Lynk & Co?

  5. Een auto stopt niet aan een administratieve grens. Zijn er afspraken tussen Brussel, Vlaanderen en Wallonië over deelauto’s binnen de “Brussels Metropolitan Region”? Hoe wordt dit in Smart Move geïntegreerd?

  6. Poppy werd mee opgenomen in de testfase van MaaS (Mobility as a Service). Wat waren de resultaten qua autodelen in de testfase van MaaS? Zullen alle autodeel spelers in MaaS geïntegreerd worden?

 
 
Antwoord    De informatiebronnen voor de autodeelsector in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn: het jaarlijkse evaluatieverslag inzake autodelen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dat het gewestelijke parkeeragentschap publiceert (het meest recente gepubliceerde verslag heeft betrekking op 2021) en het jaarlijkse verslag dat de vzw autodelen.net publiceert voor de volledige Belgische autodeelsector.
Voor het BHG bestond de vloot van deelauto’s eind 2022 uit 785 deelauto’s in stations (of “roundtrip”), 620 deelauto’s in vrije vlot (of “freefloating”) en 174 auto’s die onder particulieren worden gedeeld op een totaal van 1.579 deelauto’s.
De diensten hebben 50.178 actieve autodeelgebruikers en 90.485 geregistreerde gebruikers.
Uit het impactverslag van autodelen.net en de beschikbare gegevens blijkt dat deelauto’s tussen 3,1 (voor autodelen in vrije vloot) en 9,5 personenwagens (voor autodelen in stations) zouden vervangen. Er moet worden opgemerkt dat bij de analyse van deze cijfers rekening moet worden gehouden met de methodologie en dat de verschillende autodeeldiensten elkaar steeds beter aanvullen. Het BHG heeft zijn enquête voor de deelautogebruikers aangepast. Een impactanalyse voor de Brusselse gebruikers behoort ook tot de mogelijkheden.
In Brussel werden 338.000 trajecten met deelauto’s afgelegd. De gemiddelde afstand en de gemiddelde duur van een traject met een deelauto bedragen respectievelijk 8.25 uur en 58 km. We beschikken niet over de nodige gegevens om de impact van autodelen op de multimodaliteit in Brussel te beoordelen, maar een recente enquête van ADEME bij gebruikers van autodelen in Frankrijk heeft het "multimodaliteitseffect" van autodelen benadrukt, een echte hefboom om het mobiliteitsgedrag op persoonlijk vlak te veranderen: modal shift, demotorisatie, vermindering van het aantal afgelegde autokilometers.

In het BHG genieten de autodeeldiensten van een voorkeurtarief bij het parkeren. Deelauto’s beschikken over een vrijstellingskaart die 25 euro per voertuig per jaar kost. Cozywheels krijgt dezelfde voordelen door haar erkenning als autodeeldienst tussen particulieren. De dienst Lynk & Co wordt niet als een autodeeldienst beschouwd en geniet deze voordelen dus niet. Er moet worden opgemerkt dat een btw-percentage van 21% op autodelen van toepassing is, terwijl dit percentage in andere sectoren van duurzaam vervoer lager is. Btw is geen gewestelijke bevoegdheid, maar een federale bevoegdheid.

Wat de MaaS betreft, was het aantal gebruikers van autodelen zeer beperkt tijdens de proeffase van de ‘Move Brussels’-app, aangezien deze pilootversie werd getest in de Covid- en de post-Covid-periode.
De integratie van de Poppy-autodelenexploitant vond plaats aan het eind van de testperiode. Deze timing was voornamelijk te wijten aan de technische complexiteit van de integratie. Bovendien was deze integratie een 'light'-integratie. Dit betekent dat de 'Move Brussels'-pilootapp wel de beschikbare voertuigen toonde, maar doorverwees naar het Poppy-platform voor het boekings- en betalingsgedeelte.
De resultaten zijn derhalve niet als zodanig relevant, noch representatief voor het mogelijke potentieel van de integratie van dergelijke diensten in de app.
Het MaaS-project is in volle ontwikkeling. Het integreert geleidelijk aan partners die voldoen aan de bij de start van het project vastgelegde ontvankelijkheidscriteria.
Het tempo van de integratie hangt af van de beschikbare capaciteit bij de leverancier van de app en van de digitale maturiteit van de te integreren partner.
Cambio en Poppy zullen vanaf de lancering van de app deel uitmaken van MaaS.
Voor operator Poppy zullen betaling en reservering van bij de integratie rechtstreeks in de MaaS-app mogelijk zijn.
Voor operator Cambio zal het mogelijk zijn een voertuig te reserveren via de app, maar niet om de betaling of de ontgrendeling van de auto uit te voeren, aangezien de operator momenteel niet over de technische mogelijkheden beschikt om deze diensten aan te bieden.


Uit het proefproject blijkt duidelijk dat de mate van integratie van de partners een sleutelelement is voor succes. De partners die tot op het punt van betaling geïntegreerd waren, hadden een veel hogere gebruiksintensiteit dan degenen die dat niet waren.