Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de herziening van de werkelijke huurprijs van een sociale woning in geval van een aanzienlijke daling van het gezinsinkomen

Indiener(s)
Joëlle Maison
aan
Nawal Ben Hamou, Staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd voor Huisvesting en Gelijke kansen (Vragen nr 1159)

 
Datum ontvangst: 10/04/2023 Datum publicatie: 06/06/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 01/06/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/04/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
01/06/2023 Bijlage aan het antwoord p.m. Bijlage
 
Vraag    Het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 26 september 1996 houdende de regeling van de verhuur van de woningen beheerd door de Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij of door de openbare vastgoedmaatschappijen en tot vaststelling van een nieuw afwijkingspercentage van de toekenningsregels in de huisvesting (het "huurbesluit") bepaalt in artikel 60, eerste paragraaf, dat wanneer het gezinsinkomen van de sociale huurder met minstens 20% daalt ten opzichte van het inkomen dat in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van de werkelijke huurprijs, de huurder op elk moment aan de OVM kan vragen om over te gaan tot een huurprijsherziening teneinde rekening te houden met deze inkomensdaling. De aangepaste huur treedt in werking op de eerste werkdag van de tweede maand die volgt op de maand waarin het verzoek is ingediend en geldt tot de volgende jaarlijkse huurrpijsherziening.

1- Kunt u, op basis van de statistieken waarover u beschikt, aangeven hoeveel sociale huurders in het jaar 2022 bij hun OVM een verzoek om herziening van de werkelijke huurprijs hebben ingediend omdat hun inkomen met ten minste 20% is gedaald ten opzichte van het inkomen dat in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van de werkelijke huur? Werden al deze verzoeken om huurprijsvermindering ingewilligd?

2- Kunt u ons een tabel bezorgen met voor elk van de zestien Brusselse OVM's het aantal herzieningen van de werkelijke huurprijs als gevolg van een aanzienlijke daling van het gezinsinkomen, die in de loop van het jaar 2022 werden uitgevoerd?

3- Wat was volgens de door de BGHM verstrekte gegevens het gemiddelde maandelijkse bedrag van de huurverminderingen die de OVM's in 2022 hebben toegekend in geval van een aanzienlijke daling van het gezinsinkomen van de sociale huurder in toepassing van artikel 60, eerste paragraaf, van het "huurbesluit"?

 
 
Antwoord    Allereerst moet u weten dat de OVM’s, zoals reeds herhaaldelijk is opgemerkt, gebonden zijn aan hun beheersovereenkomst en dat zij buiten deze overeenkomst als autonome structuren optreden.


Het toezicht dat de BGHM uitoefent over de OVM’s is juridisch en budgettair van aard.

Met betrekking tot uw eerste twee vragen over het aantal sociale huurders dat in de loop van 2022 bij hun OVM een aanvraag tot herziening van de reële huurprijs heeft ingediend omdat hun inkomen ten minste 20% lager was dan het inkomen dat in aanmerking werd genomen bij de vaststelling van de reële huurprijs, vindt u in bijlage 1 een tabel met deze gegevens voor 12 van de 16 OVM's.



Wat betreft het gemiddelde maandbedrag van de huurverminderingen die de OVM's in 2022 hebben toegekend in geval van een daling van het gezinsinkomen van de sociale huurder:
Eerst en vooral zou ik willen verduidelijken dat de reglementering niet voorziet in een "aanzienlijke" daling, maar dat deze vermindering wordt toegepast "wanneer het gezinsinkomen van de sociale huurder met minstens 20% verminderd is ten opzichte van het inkomen waarmee rekening is gehouden om de reële huurprijs vast te stellen".
In bijlage 2 vindt u een tabel met deze informatie voor 12 van de 16 OVM’s.