Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de inachtneming van het dierenwelzijn in onze politiezones

Indiener(s)
Jonathan de Patoul
aan
Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 1044)

 
Datum ontvangst: 17/04/2023 Datum publicatie: 20/06/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 02/06/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
19/04/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Dierenwelzijn is een steeds belangrijker onderwerp in onze samenleving. In dit verband zou ik u de volgende vragen willen stellen met betrekking tot onze Brusselse politiezones.
  1. Eerder antwoordde u mij dat bij de GIP een opleiding van 8 uur wordt gegeven, die geen deel uitmaakt van de basisopleiding. Deze opleiding heeft tot doel de leden van de politiediensten eraan te herinneren dat de meeste situaties waarbij dieren betrokken zijn, vragen om gerechtelijke en/of administratieve politiebevoegdheden, maar ook om specifieke wettelijke bepalingen. Waarom wordt deze opleiding niet rechtstreeks in de basisopleiding geïntegreerd? Wordt er nagedacht onder de verschillende betrokkenen om dit te realiseren? Hoeveel van dergelijke opleidingen werden in 2022 gegeven?

  2. Hebben alle politiezones referenten voor dierenwelzijn? Hoe worden zij aangesteld? Wat is het standaard functieprofiel voor deze rol? Wat zijn hun taken, wat zijn hun doelstellingen? Moeten zij opleidingen volgen?

  3. Hoe worden de klachten over gevallen van dierenwelzijn behandeld?

 

 
 
Antwoord    Ik heb de eer u het volgende antwoord mee te delen:

Binnen de politieopleiding moeten we een duidelijk onderscheid maken tussen de “basisopleiding” en de “voortgezette opleiding”. Dat verschil heb ik al meermaals uitgelegd. De basisopleiding is de opleiding die politieagenten volgen om een graad te behalen (bijvoorbeeld die van inspecteur of hoofdinspecteur). De inhoud van die opleiding is door de federale overheid vastgelegd in het koninklijk besluit van 24 september 2015 betreffende de basisopleiding van de personeelsleden van het basiskader van de politiediensten en in het ministerieel besluit van 24 september 2015 houdende het onderwijs- en examenreglement betreffende de basisopleiding van de personeelsleden van het basiskader van de politiediensten. De deelstaten zijn dus niet bevoegd om de basisopleiding van de politieagenten te wijzigen of aan te vullen. De baremische opleiding, waarover u het in uw vraag heeft, is door de federale overheid niet opgenomen in de basisopleiding.


De voortgezette opleiding daarentegen is bedoeld om de beroepskennis van de politieagenten uit te breiden en/of te vervolledigen en kan worden aangevuld met een aanbod van cursussen waarin aandacht besteed wordt aan de specifieke fenomenen of behoeften waarmee de politieagenten op het terrein te maken krijgen.

Zo biedt de GIP de acht uur durende opleiding over "dierenwelzijn" aan als onderdeel van de voortgezette opleiding (bij de GIP of op gedecentraliseerde wijze in de politiezone Zuid), maar ook als onderdeel van de opleidingen tot "wijkagent" en "hondengeleider".

In 2022 hebben 294 politiemensen deze opleiding gevolgd. In 2023 waren er dat tot nu toe 27. Er zijn in de eerste helft van dit jaar nog 4 opleidingen gepland.
Voorts komt het multidisciplinaire gewestelijke platform AWI-BRU (Animal Welfare Initiatives Brussels), een initiatief van Leefmilieu Brussel, regelmatig bijeen om te spreken over welbepaalde thema's, goede praktijken uit te wisselen en de behoeften van de verschillende partners te bepalen. Op die manier kon worden vastgesteld welke bijkomende opleidingen er nodig zijn. Leefmilieu Brussel heeft daarom gezorgd voor aanvullende bijscholingssessies voor ambtenaren van gemeenten en politie die belast zijn met dierenwelzijn.

Alle politiezones beschikken over referentiepersonen die zich met dierenwelzijn bezighouden. De personen die deze functie uitoefenen, zijn geselecteerd op basis van hun motivatie en hun belangstelling voor het onderwerp dierenwelzijn.

Die referenten hebben als taak te wijzen op de wettelijke bepalingen, de veldteams te informeren en te adviseren, contacten te onderhouden met de verschillende partners, waaronder de gemeentelijke en gewestelijke partners, deel te nemen aan de verschillende platformen, informatie en behoeften door te geven, preventieve acties voor te stellen, enzovoort. Het is de bedoeling om lokaal gericht te werk te gaan met mensen die op het terrein zo dicht mogelijk bij de bevolking werken en de problemen kennen. Het ingezette personeel wordt daarvoor opgeleid en volgt ook bijscholingen die onder meer door Leefmilieu Brussel worden aangeboden.

De zones hebben voor de behandeling van de klachten duidelijke processen ingesteld (codering, archivering en rapportering). Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen klachten die als dringend en niet-dringend van aard worden aangemerkt.

Dringende klachten (
dode dieren, zwerfdieren, flagrante mishandeling, geluidsoverlast, gevaarlijke dieren, enz.) worden behandeld via een dispatching: de interventiepatrouille wordt ter plaatse gestuurd en neemt de nodige maatregelen en neemt contact op met gespecialiseerde partners. De patrouille kan zich laten adviseren door opgeleide collega's, al dan niet als referent. In het bijzondere geval van zwerfhonden en/of gevaarlijke honden kunnen zij een beroep doen op de interne bijstand van de hondendienst, die een specifieke opleiding hebben genoten; hun geleiders kunnen ook een oordeel geven over de toestand en het gedrag van een hond. Dringende gevallen die een langdurige follow-up vereisen, worden behandeld in samenwerking met de referentiedienst "dierenwelzijn" en door de wijkinspecteurs, afhankelijk van de aard van het geval.

Anderzijds kunnen we ook niet-urgente klachten identificeren (
over het algemeen informatie over vermoedelijke mishandeling, illegale handel, asociaal gedrag, enz) die binnenkomen via de referent, of cel die daarmee verbonden is:

- E-klachten die binnenkomen bij de veterinaire dienst van Leefmilieu Brussel: sommige worden voor onderzoek doorgestuurd naar de politiezones. Ze komen aan bij de referent of worden doorgestuurd naar de betrokken eenheid met voorafgaand advies van Leefmilieu Brussel.

- Klachten behandeld door de dierenartsen van Leefmilieu Brussel. In deze gevallen kan incidenteel politieondersteuning worden gevraagd wanneer grote of risicodieren in beslag worden genomen.

- Klachten die binnenkomen op het kantoor van de zoneverantwoordelijke, via het zoneportaal of via de e-mail/telefoon van de referent. De klachten worden (met advies) voor onderzoek doorgestuurd naar de buurtinspecteurs, bijgestaan door de referent en/of de lokale dienst van de betrokken eenheid.

- Klachten die bij de gemeente binnenkomen, en worden doorgestuurd naar de referent, die ze met advies doorstuurt naar de buurtinspecteurs en de referent van de betrokken eenheid.

- Verzoeken om advies en informatie van een gemeentebestuur of van privépersonen, die rechtstreeks door de referenten worden behandeld.

In deze context en gezien het grote aantal partners dat een rol speelt bij de behandeling en de follow-up van klachten over dierenwelzijn (politiezones, Leefmilieu Brussel, FAVV, dierenasielen, enz.), worden werkgroepen georganiseerd zodat de verschillende partners de modus operandi voortdurend kunnen verbeteren en verfijnen met het oog op een betere behandeling en follow-up van toekomstige dossiers.