Schriftelijke vraag betreffende vaderschapsverlof en de gewestelijke overheidsdiensten
- Indiener(s)
- Nicole Nketo Bomele
- aan
- Sven Gatz, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel (Vragen nr 602)
| Datum ontvangst: 25/04/2023 | Datum publicatie: 20/06/2023 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 22/23 | Datum antwoord: 30/05/2023 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 02/05/2023 | Ontvankelijk | Uitgebreid Bureau van het Parlement |
| Vraag | Vorig jaar werd in het statuut van de Brusselse overheidsdiensten en de instellingen van openbaar nut het vaderschapsverlof voor statutaire en contractuele werknemers vastgelegd op veertien werkdagen, altijd betaald door de werkgever. Sinds 1 januari 2023 bedraagt het aantal dagen die vaders en "meemoeders" kunnen opnemen 20.
Toen ik u hierover ondervroeg, vertelde u mij dat er gewerkt werd aan een aanpassing van het statuut voor overheidsdiensten en instellingen van openbaar nut. Het zal binnenkort in overeenstemming worden gebracht met het aantal dagen geboorteverlof waarin de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten voorziet, namelijk 15 volledig door de werkgever betaalde verlofdagen, in tegenstelling tot de privésector.
|
| Antwoord | 1. Is het statuut van de overheidsdiensten en van de instellingen van openbaar nut effectief gewijzigd? Artikel 3 van het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 september 2022 houdende wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de gewestelijke overheidsdiensten van Brussel, en van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 maart 2018 houdende het administratief statuut en de bezoldigingsregeling van de ambtenaren van de instellingen van openbaar nut van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, heeft op dit gebied het statuut GOB/ION een eerste maal aangepast. Het artikel 194/187 statuut GOB/ION werd aangepast. 2° werd vervangen door de volgende bewoordingen: “de bevalling van de echtgenote of van de samenwonende partner van de ambtenaar, op het ogenblik van de gebeurtenis: - 15 werkdagen; - 20 werkdagen vanaf 1 januari 2023. " Het artikel 194/187 statuut GOB/ION werd om te voldoen aan de richtlijn 2019/1158 nogmaals gewijzigd door het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 9 februari 2023 waardoor de tekst van het 2° momenteel als volgt luidt: “ 2° de geboorte van een kind indien de ambtenaar wordt erkend als de vader van dat kind of gelijkgestelde tweede ouder, om voor dat kind te zorgen : - 15 werkdagen; - 20 werkdagen vanaf 1 januari 2023” 2. Is het vaderschap in het statuut van het Brussels gewestelijk openbaar ambt opgenomen als een beschermd discriminatiecriterium, zoals bepaald in de ordonnantie van 4 september 2008 ter bevordering van diversiteit en ter bestrijding van discriminatie? De huidige ordonnantie van 4 september 2008 ter bevordering van diversiteit en ter bestrijding van discriminatie in het Brussels gewestelijk openbaar ambt stelt alleen "moederschap" als beschermd criterium tegen (directe en indirecte) discriminatie. Deze ordonnantie en andere teksten worden momenteel echter herzien en opgenomen in de toekomstige "Brusselse codex ter bestrijding van discriminatie en ter bevordering van diversiteit", waarvoor momenteel het reglementaire proces wordt gevolgd (aangenomen in eerste lezing). In dit verband worden besprekingen gevoerd om naast het moederschap met name de begrippen "vaderschap", "co-moederschap", "co-ouderschap" en "gezinsverantwoordelijkheden" erin op te nemen als beschermde criteria. |