Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de vooruitgang van de plannen voor een internationaal busstation.

Indiener(s)
Gaëtan Van Goidsenhoven
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1617)

 
Datum ontvangst: 23/03/2023 Datum publicatie: 06/06/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 05/06/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
04/05/2023 Ontvankelijk p.m.
 
Vraag    De bouw van een broodnodig internationaal busstation in Brussel is helaas een van die kwesties die al jaren muurvast lijken te zitten. Al meer dan 25 jaar wordt er in het gewest gesproken over de aanleg van een dergelijk station, zonder resultaat. Dat is problematisch voor een stad als Brussel, gelegen in het centrum van Europa en gericht op de wereld.

Jarenlang ging de voorkeur uit naar de Erasmussite in Anderlecht. De gemeente Anderlecht heeft zich echter altijd terughoudend opgesteld. De ontwikkelingsprojecten van de wijk - die residentieel is geworden - met de bouw van nieuwe woningen en andere collectieve voorzieningen zouden immers sterk worden gehinderd door de vestiging van dit busstation. Het Erasmusziekenhuis van zijn kant heeft de wens uitgesproken om het aantal bussen in de wijk niet te laten toenemen, om zijn activiteiten niet al te zeer te hinderen.

Bovendien hebt u zelf toegegeven dat de Erasmussite niet de meest geschikte oplossing was, ook al bleef ze een mogelijkheid.

Wat het busvervoer betreft is uit het overleg met de sector gebleken dat die laatste in grote mate voorstander is van de omgeving van de stations Brussel-Noord- en Brussel-Zuid als locatie voor zo’n internationaal busstation. Dat lijkt inderdaad meer aangewezen gezien het belang van deze twee stations voor het internationale transitverkeer.

Toen ik u een jaar geleden voor het laatst naar deze kwestie vroeg, was er geen noemenswaardige vooruitgang geboekt met betrekking tot de keuze van de locatie van het internationale busstation. Wat het tijdelijke busstation betreft werden verschillende locaties voor de aanleg ervan geanalyseerd en werd gekozen voor de Koning Albert II-laan, in de buurt van het station Brussel-Noord. Maar ook dat ging niet door, omdat de afgifte van de sloopvergunning voor het gebouw van het Communicatiecentrum Noord (CCN) naast het station vertraging opliep. U had ook aangegeven dat Brussel Mobiliteit logischerwijs eerst bezig was met de aanleg van het tijdelijke busstation, alvorens zich opnieuw bezig te houden met het permanente station. Sindsdien lijkt er echter niets veranderd.

Vandaar mijn vragen.

Welke vooruitgang is er recent in dit dossier geboekt?

Is het project van het tijdelijke busstation eindelijk afgerond? Zo niet, wat zijn de redenen voor de vertraging en wanneer kunnen we dit tijdelijke station ten vroegste verwachten?

Wat is de huidige status van de plannen voor het permanente station? Heeft Brussel Mobiliteit de situatie opnieuw beoordeeld, zoals u voorstelde?

Wordt de keuze voor de Erasmussite nog opengehouden of is die definitief opgegeven?

Zijn er ondertussen andere potentiële locaties die na analyse in aanmerking worden genomen?

Is uw kabinet in overleg gegaan met de bussector om de beste oplossing voor dit station te bespreken? Zo ja, wat is het resultaat daarvan?

Is de wens van de sector nog steeds om dit station dicht bij de grote internationale stations Brussel-Noord en Brussel-Zuid in te planten?

Welk vervolg ziet u voor dit dossier dat, zoals ik zei, al 25 jaar aansleept?

Mogen we nog hopen dat dit station voor het einde van deze legislatuur wordt gebouwd?

Gezien de timing heb ik mijn twijfels en vrees ik dat het dossier nog lang stof zal blijven vergaren.

 
 
Antwoord    De ontwikkeling van een busstation voor autobussen en touringcars is een van de acties uit het gewestelijke mobiliteitsplan Good Move.
Ondanks een daling van het gebruik ervan ten gevolge van de COVID19-crisis lijkt het internationale busverkeer zich weer hersteld te hebben tot een gelijkaardig niveau als voor de crisis. Veel toeristen, maar ook Belgen en Brusselaars, gebruiken opnieuw deze internationale verplaatsingswijze.
Momenteel gebruiken busmaatschappijen vooral twee opstap- en uitstapplaatsen voor hun passagiers, te weten aan het Noord- en het Zuidstation.

Aan het Noordstation bevinden er zich ongeveer 5 opstap- en uitstapplaatsen in de Vooruitgangsstraat. Deze plaatsen werden zeer recent verplaatst wegens de werken aan het CCN-gebouw. Na een studie die Brussel Mobiliteit in 2021 uitvoerde, werd de site van de Albert II-laan gekozen als een tijdelijke locatie.
In oktober 2022 heeft Brussel Mobiliteit 6 bushaltes gemarkeerd en het fietspad uitgebreid om conflicten met geparkeerde bussen te vermijden. Er werden ook paaltjes geplaatst langs het fietspad. Dit alles gebeurde in samenwerking met de gemeente en de politiezone en er werd over gecommuniceerd naar de aangrenzende administraties.
De werken aan het CCN liepen uiteindelijk vertraging op, ten gevolge van de ontdekking van asbest in de gebouwen. De verhuizing van de bussen werd uiteindelijk begin april 2023 door de promotor georganiseerd.

De problemen die daar ontstonden zijn gelieerd aan schoolbussen en andere voertuigen die daar voor lange tijd parkeerden, terwijl de parkeerplaatsen enkel dienen voor het op- en afstappen van passagiers. Doorheen de gesprekken met Flixbus is ons bevestigd dat zes parkeerplaatsen volstonden zolang ze constant beschikbaar zijn. In die gesprekken zijn ook een aantal eisen geformuleerd aan Flixbus betreffende de verkeersveiligheid van fietsers ter plaatse. We hebben hen gevraagd het aantal stewards ter plaatse te verhogen om de passagiers beter wegwijs te maken, en de buschauffeurs te helpen om conform de wet te parkeren in de voorziene parkeerplaatsen. Van onze kant voorzien wij driemaal per dag een controle via Parking.brussels om toe te zien op het reglementair parkeren.

Ondanks de genomen maatregelen zien we dat chauffeurs zich blijven parkeren ter plaatse voor langere duur, en dat andere chauffeurs daardoor dubbel parkeren, ondanks de vrijgekomen plaatsen verder op de laan. De situatie blijft dus gevaarlijk en de aangewezen oplossing is om de bussen te verplaatsen.

Ter hoogte van het Zuidstation zijn er momenteel 5 plaatsen in de Frankrijkstraat, die voornamelijk worden gebruikt door pendelbussen naar de luchthaven van Charleroi.

De situatie met betrekking tot het definitieve busstation is de afgelopen jaren sterk veranderd (de crisis in de toerismesector tijdens en na corona, een ander type toerisme en bestemmingen, grote veranderingen in het verplaatsingsgedrag, andere verplaatsingsgewoonten en een toegenomen behoefte aan toegankelijke openbare ruimte, een nieuwe interesse voor langeafstandstreinen). De situatie moet eerst stabiliseren om een goed overzicht te krijgen van alle factoren. De kwantitatieve studie over het reizigersprofiel dateert van 2016. Sindsdien is er veel gebeurd. Momenteel weten we niet welke de reizigersbehoeften zijn, wie nu juist die reizigers zijn en hoe belangrijk de combinatie met de treinstations is. We hebben dus een update en een grondige toevoeging besteld dit jaar. Het kan interessant zijn om een busstation te behouden dat verbonden is met een treinstation, maar dat staat niet in graniet gebeiteld. Twee personen zijn de afgelopen zes maanden ook overleden in het verkeer rond het Noordstation. Dat doet de vraag rijzen of het mogelijk is intens langeafstandsbusverkeer te combineren met het andere verkeer in het stadscentrum. In dat verband vonden er recent gesprekken plaats met de operatoren, en er is voorzien in een herevaluatie van het profiel van de gebruikers, en met name het verband met het gecombineerde gebruik van het openbaar vervoer, de wagen of andere vervoersmodi.

Tijdens de gesprekken met de operatoren drukten zij de wens uit om een goede verbinding met een groot treinstation te behouden. Aangezien internationale bussen een voor een breed publiek toegankelijke vorm van openbaar vervoer zijn, is het interessant voor de reizigers dat ze zo weinig mogelijk moeten overstappen en dat er een locatie met goede verbindingen wordt gevonden. De operatoren vinden het ook logisch de opstap- en uitstapplaatsen dicht bij de Ring aan te leggen om tijdswinst te boeken op hun traject.
Dit gezegd zijnde is de ontwikkeling van een busstation dicht bij het Zuid- of Noordstation ingewikkeld gezien de beschikbare ruimte en de impact op de openbare ruimte. Deze zones zijn reeds sterk belast en het is al moeilijk genoeg ruimte te vinden voor de reguliere buslijnen in het kader van het RPA Zuid.
De site van de Lennik-parking aan Erasmus wordt momenteel nog steeds overwogen. Het betreft nog altijd een potentiële site voor de ontwikkeling van een busstation, zoals vermeld in Good Move. Het dossier is nog steeds niet klaar voor uitvoering, de gemeente Anderlecht is het project niet genegen, maar het werd ook nog niet definitief van de hand gewezen.