Schriftelijke vraag betreffende de verlenging van de tramlijn naar de luchthaven
- Indiener(s)
- Ibrahim Dönmez
- aan
- Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1660)
Datum ontvangst: 12/06/2023 | Datum publicatie: 30/08/2023 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 22/23 | Datum antwoord: 20/07/2023 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
21/06/2023 | Ontvankelijk | Uitgebreid Bureau van het Parlement |
Vraag | Een artikel1 op de BX1-website vertelt ons dat het Brussels Gewest een bouwvergunning heeft afgeleverd voor het Brusselse deel van de toekomstige intergewestelijke tramlijn naar de nationale luchthaven, Brussels Airport.
Het doel van deze lijn is om het centrum van Brussel vanaf het Noordstation te verbinden met de nationale luchthaven in Zaventem. In het licht van deze informatie, mevrouw de minister, zou ik u de volgende vragen willen stellen:
1 https://bx1.be/categories/mobilite/nouvelle-etape-vers-la-prolongation-du-tram-de-bruxelles-vers-laeroport/ |
Antwoord | De bouw van de tramlijn naar de luchthaven behoort tot de projecten die door de Brusselse regering in 2022 werden weerhouden. Deze uitbreiding maakt deel uit van het masterplan tram van de MIVB (horizon 2030) dat door de Brusselse regering in 2023 werd goedgekeurd. De bedoeling is om deze lijn tegen 2028-2030 in dienst te nemen. De bouw van deze lijn hangt in eerste instantie af van de realisatie van twee projecten, die samen worden bestudeerd: - Een kort gedeelte in Brussel (± 350 meter), waarvoor de stedenbouwkundige vergunning recent werd verleend; - Een substantiëler gedeelte (± 4 kilometer) in het Vlaams Gewest, waarvoor een stedenbouwkundige vergunning werd aangevraagd, die wordt verwacht tegen het einde van 2023. Dit gedeelte omvat civieltechnnische werken, met name een brug over de spoorweg en de Ring. Er werd in dit stadium nog geen beslissing genomen over de tarieven. Aangezien het een lijn betreft die door de MIVB wordt uitgebaat, zal de Brusselse regering de mogelijkheid hebben de tariefregels vast te leggen. De twee Gewesten werken samen om deze verlenging te realiseren, elk op het grondgebied waarvoor hij bevoegd is. Het Brussels Gewest financiert enkel het korte Brusselse gedeelte, het Vlaamse Gewest financiert de infrastructuur op zijn grondgebied. De totaalkost van alle werken op het Brusselse gedeelte, alles inbegrepen (sporen, bovenleidingen, wissels, signalisatie …) bedraagt ongeveer 3 miljoen euro. |