Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende aanpassing van de verlichting aan padden, amfibieën en andere wilde dieren

Indiener(s)
Ariane de Lobkowicz
aan
Alain Maron, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie (Vragen nr 1485)

 
Datum ontvangst: 28/06/2023 Datum publicatie: 30/08/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 28/08/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
30/06/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   
In het kader van zijn lichtplan Lumière 4.0 vervangt Wallonië zijn openbare verlichting door led-verlichting, die minder energie verbruikt. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan de verlichting van Natura 2000-gebieden. Deze bestaan overal in Europa. In Wallonië zijn ze goed voor 13% van het grondgebied en worden ze doorkruist door 195 km weg. Voor deze specifieke stukken weg  heeft Wallonië de openbare verlichting aangepast aan de fauna op basis van een onderzoek van deskundigen van de ULLiège.

De maatregelen omvatten onder meer het verlagen van de hoogte van de masten om het verlichte gebied te beperken en aldus de flora en fauna in de omgeving minder te storen. Er werd ook gekozen voor warmere kleuren om de vleermuizen (en andere soorten) minder te storen. Wallonië heeft ook gekozen voor verlichting met Ulor 0 % (geen verlichting boven het horizontale vlak) en heeft beslist de intensiteit van een duizendtal lichtpunten tussen 22 en 6 uur ‘s morgens te verminderen (of op sommige plaatsen zelfs uit te schakelen). Sinds april heeft Wallonië ook beslist om de intensiteit van de verlichting tijdens het broedseizoen (van april tot oktober) tussen 22 en 6 uur te verminderen.

Hoe staat het met de vervanging van traditionele verlichting door led-verlichting in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest?

Hoe staat het met specifieke verlichting die minder storend is voor de flora en fauna in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, in het bijzonder in Natura 2000-gebieden?

 
 
Antwoord    1.
Leefmilieu Brussel houdt voor het beheer van de parkverlichting rekening met drie belangrijke maatschappelijke dimensies:
Ø het rationeel energiegebruik (REG), door ledverlichting te gebruiken (die minder energie verbruikt) en het intensiteitsniveau te regelen (dimming);
Ø de bescherming van de nachtelijke biodiversiteit (vossen, vleermuizen, nachtroofvogels, enz.), door de periodes met verlichting te beperken door na middernacht de lichten uit te schakelen (bijvoorbeeld in de Natura 2000-gebieden);
Ø het onveiligheidsgevoel in de doorgangsruimten, op de wandelwegen en in de parken.

Rekening houden met die realiteiten betekent keuzes maken in functie van de locatie en de situatie in kwestie.

Leefmilieu Brussel beheert momenteel 2.547 verlichtingspunten (die 's nachts al gedeeltelijk worden uitgeschakeld) en vertegenwoordigt dus maar enkele procenten van de openbare verlichting in het Brussels Gewest. Momenteel is 29% van de verlichting in de parken die Leefmilieu Brussel beheert, ledverlichting. In het algemeen, wat de openbare verlichting betreft die door Sibelga wordt beheerd, legt Sibelga in zijn programma van openbaredienstopdrachten 2023 het volgende uit:

“2.1.1 Versnelling van de overschakeling op led
Rekening houdend met het feit dat de zgn. ‘klassieke’ lampen tegen 2030 niet langer verkrijgbaar zullen zijn op de markt, dient er een programma opgezet te worden om tegen dan al onze verlichtingstoestellen te vervangen door ledverlichtingstoestellen.
Op basis daarvan, en ervan uitgaande dat er eind 2022 nog 69.000 lichtpunten (lp) zullen zijn waar nog op led moet worden overgeschakeld, wordt de vervanging gepland voor overschakeling op led van 6000 lp’n in 2023 en 8.500 lp’n per jaar voor de jaren 2024 tot 2030.”

2.
Voor de gebieden met een hoge biologische waarde (bossen, natuurreservaten, Natura 2000-gebieden, enz.) wordt bij het wettelijk kader voorgeschreven dat er geen verlichting mag worden gebruikt of dat de verlichting aan de rand van het gebied na een bepaald uur moet worden uitgeschakeld.

Om die principes zo goed mogelijk te respecteren en de nachtelijke uitwisselingen tussen de biodiversiteitsreservoirs die de parken vormen, te vergemakkelijken, wordt de verlichting uitgeschakeld tussen middernacht en zes uur ‘s morgens, met name op de wandelwegen en in de parken van de tweede kroon.

De minst schadelijke oplossing voor de fauna en de minst energieverslindende is de afwezigheid van verlichting, wat de norm is in natuurlijke omgevingen zoals het Zoniënwoud.

Een andere oplossing die minder schadelijk is voor de fauna is het veranderen van de kleur van de verlichting, zoals is gedaan met de rode verlichting bij het Rood Klooster. Op plaatsen met een biodiversiteitsuitdaging waar verlichting noodzakelijk is voor het veiligheidsgevoel, zal de amberkleurige ledoptie (zoals geïnstalleerd door Sibelga op de Heilig-Hartlaan in Jette) de voorkeur krijgen. Opgemerkt moet worden dat het stroomverbruik van dit type rode led iets hoger ligt (zo'n 15%) dan dat van de witte led, hoewel het aanzienlijk zuiniger blijft dan traditionele verlichting.

Leefmilieu Brussel vordert met het in kaart brengen van de gebieden met uitdagingen (Natura 2000-habitats en vijvers) om te voldoen aan de monitoringverplichtingen die voortvloeien uit de Europese richtlijn. Leefmilieu Brussel is in Jette gestart met de casestudy ‘Bat light district Jette’ voor de wijken tussen de Natura 2000-deelgebieden. Het is nu de bedoeling om de studie en de actieradius uit te breiden naar andere Natura 2000-deelgebieden dankzij de interregionale LIFE-subsidie ​​B4B (Belgium for Biodiversity).