Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende kaaiman belasting

Indiener(s)
Latifa Aït Baala
aan
Sven Gatz, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel (Vragen nr 633)

 
Datum ontvangst: 12/07/2023 Datum publicatie: 20/09/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 27/07/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
13/07/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   
Het Rekenhof heeft in april laatstleden een rapport bezorgd aan de Kamer van Volksvertegenwoordigers over de kaaimantaks.

In het rapport staat onder meer dat het Rekenhof van oordeel is dat de federale en gewestelijke wetgevers overleg zouden moeten plegen over de mogelijkheid om de kaaimantaks te laten doorwerken in de successiebelasting.

Is er overleg gepleegd met de overige ministers van Financiën over de kaaimantaks, meer bepaald in het kader van de successiebelasting? Zo ja, wat waren de conclusies?

 

 

 
 
Antwoord    In antwoord op deze vraag, kan ik de geachte Volksvertegenwoordigster het volgende mededelen.

In zijn verslag van april jl. aan het federale parlement noteert het Rekenhof inderdaad dat de Kaaimantaks heden niet doorwerkt in de regionale successierechten. Het Rekenhof meent dan ook dat de federale en regionale wetgevers zouden moeten overleggen of de Kaaimantaks kan doorwerken in de successierechten.


Dit overleg vond vooralsnog niet plaats. Mijn federale collega heeft het Rekenhof wel verzekerd dat hij de verschillende aanbevelingen ter harte neemt en zou aan zijn diensten hebben gevraagd om bepaalde lacunes in de wetgeving te analyseren.