Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de legaten aan het Belgische Rode Kruis

Indiener(s)
Geoffroy Coomans de Brachène
aan
Sven Gatz, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel (Vragen nr 652)

 
Datum ontvangst: 07/09/2023 Datum publicatie: 27/09/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 23/24 Datum antwoord: 22/09/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
19/09/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Tijdens de ministerraad van 13 juli keurde de Brusselse regering legaten van respectievelijk 400.000 euro en 420.000 euro goed voor het Belgische Rode Kruis (BHR-RV-0.83049 en BHR-RV-0.83051).
  1. Kunt u meer details geven over die twee legaten?

  2. Waarom kent het gewest die legaten toe?

  3. Zijn er voorwaarden aan die legaten gekoppeld? Zo ja, is het gewest verantwoordelijk voor de controle op de naleving van die voorwaarden?

  4. Zorgt het gewest er via voorwaarden voor dat de legaten worden gebruikt ten voordele van de sociale, humanitaire of non-profitsector?

 
 
Antwoord    In antwoord op zijn vragen, kan ik de geachte Volksvertegenwoordiger het volgende mededelen.

Overeenkomstig artikel 8 van het koninklijk besluit van 22 februari 1892 met betrekking tot de schenkingen en legaten aan de Vereniging van het Rode Kruis van België en uit hoofde van artikel 83
quinquies, § 1 van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen, ingevoegd bij wet van 16 juli 1993, is het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bevoegd een advies uit te brengen betreffende de schenkingen en legaten aan het Rode Kruis door personen met domicilie binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, waarvan de waarde 2.479 € (100.000 BF) te boven gaat.

De Raad van Bestuur van de Humanitaire Diensten van het Rode Kruis heeft deze legaten aanvaard. Voor het overige staat het in principe elkeen vrij om bij testament een legaat te doen.


Een dergelijk legaat wordt in de successierechten belast aan een voordeeltarief van 7% (artikel 59,1° van het Brusselse wetboek der successierechten).