Schriftelijke vraag betreffende de situatie van de handelshuurovereenkomsten van korte duur in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
- Indiener(s)
- Bertin Mampaka Mankamba
- aan
- Barbara Trachte, staatssecretaris van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, bevoegd voor Economische Transitie en Wetenschappelijk Onderzoek (Vragen nr 758)
| Datum ontvangst: 02/10/2023 | Datum publicatie: 14/12/2023 | ||
| Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 23/24 | Datum antwoord: 01/12/2023 | |
| Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
| 06/10/2023 | Ontvankelijk | Uitgebreid Bureau van het Parlement | ||
| 01/12/2023 | Bijlage aan het antwoord | p.m. | Bijlage |
| Vraag | De ordonnantie van 25 april 2019 betreffende de handelshuur van korte duur werd aangenomen om pop-up stores een minder restrictieve regeling met een grotere rechtszekerheid te bieden, de Brusselse handel nieuw leven in te blazen, de commerciële leegstand tegen te gaan, de regels inzake handelshuurovereenkomsten in de drie Gewesten te harmoniseren en het ondernemerschap en de ontwikkeling van innovatieve concepten aan te moedigen.
|
| Antwoord | De geactualiseerde gegevens van de inventaris van de handelszaken in het Brussels Gewest zijn opgenomen in de bijlage. De actualisering werd in april 2023 uitgevoerd door hub.brussels. De commerciële leegstand in het Brussels Gewest bedraagt momenteel 14%. Over het algemeen wordt gesteld dat een handelsruimte in goede gezondheid verkeert wanneer de leegstand ervan tussen de 5 en 10% ligt (om een rotatie van handelszaken mogelijk te maken). Boven de 20% kan de leegstand structureel worden (panden die gedurende een lange periode leegstaan) en een impact hebben op de aantrekkelijkheid van de handelsruimte of zelfs de ruimtelijke inneming ervan verkleinen. De gemeenten die het zwaarst getroffen worden door leegstand zijn vooral Sint-Joost-ten-Node (21%), Brussel (16%) en Vorst (16%). Alle drie hebben ze een algemene leegstand die hoger is dan het gewestelijke gemiddelde. De redenen voor leegstand zijn talrijk en spelen op verschillende niveaus. Ze kunnen verband houden met de algemene economische context (inflatie, energiecrisis, gezondheidscrisis, enz.) die de consumptie van de bevolking beperkt en/of de winstgevendheid van bedrijven beïnvloedt. Ze kunnen verband houden met de gewestelijke en/of gemeentelijke context. Ze kunnen ook verband houden met het pand op zich (te hoge huur, pand slecht aangepast aan de huidige manier van zakendoen, enz.). Wat betreft de maatregelen die zijn genomen om de oprichting van pop-upwinkels aan te moedigen: hub.brussels biedt een pop-upgids aan om het fenomeen te definiëren en beter te begrijpen, en biedt praktisch advies en begeleiding aan de projectdragers. Om de commerciële leegstand tegen te gaan, kunnen de gemeenten een beroep doen op hub.brussels in het kader van de raamovereenkomst die hen bindt. Er kunnen verschillende projecten worden overwogen, zoals de oprichting van een handelaarsvereniging om de dynamiek van de wijk nieuw leven in te blazen of de ontwikkeling van een sterkere identiteit van de handelswijk. Daarnaast maakt hub.brussels het ook mogelijk om het concept van tijdelijk gebruik uit te testen via zijn handelsincubatoren zoals ‘Auberge Espagnole’, ‘Kokotte’ of de ‘rondtrekkende Auberge Espagnole’. Dat tijdelijke gebruik kan natuurlijk leiden tot een vestiging voor langere tijd. Ter herinnering: deze oplossingen bieden een instapklare zaak of restaurant, tegen een redelijke huurprijs, een volledig modulaire indeling en een volledig uitgeruste professionele keuken in het geval van ‘Kokotte’. Het grote verschil met een klassieke pop-upstore is dat hub.brussels in deze gevallen individuele en aangepaste coachingdiensten aanbiedt. |