Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende de beschikbare skateboardinfrastructuur in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Bernard Clerfayt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering, Plaatselijke Besturen en Dierenwelzijn (Vragen nr 1273)

 
Datum ontvangst: 08/12/2023 Datum publicatie: 19/01/2024
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 23/24 Datum antwoord: 10/01/2024
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
14/12/2023 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag    Enige tijd terug moest het skatepark op de terreinen van CityGate wijken voor nieuwe projecten, waardoor de vzw Byrrh en SKATE moest uitwijken naar een andere locatie. Momenteel zijn zij op grondgebied van Anderlecht, vlak bij Klein Eiland, een nieuwe loods aan het voorbereiden om als skatepark te kunnen dienen.

In een reportage die de krant Het Laatste Nieuws begin december publiceerde, halen de drijvende krachten achter dit project echter aan dat het niet evident is om naast de logistieke kant ook de financiële kant van dit project te kunnen dragen, waardoor ze ook nog niet weten wanneer hun nieuwe skatepark de deuren kan openen. Vanuit de VGC en de COCOF krijgen ze weliswaar enkele werkingsmiddelen ter beschikking gesteld, maar op infrastructuursubsidies kunnen ze voorlopig niet rekenen. Bovendien betreuren ze dat er bij nieuwe projecten, zoals bij het nieuwe skatepark in Neder-over-Heembeek of Allee du Kaai, maar weinig overleg wordt gehouden met skaters zelf bij de uitwerking en inrichting van de infrastructuur.

  • Kan u de bezoekerscijfers van de huidige skateparken op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest nader toelichten en vallen deze binnen de vooropgestelde verwachtingen? Kan u in het bijzonder duiden hoe populair de nieuwe skateparken in Neder-over-Heembeek en Sk8 Port zijn sinds hun opening?

  • Welke vormen van evaluatie worden hierbij voorzien om ervoor te zorgen dat bezoekende skaters ook kunnen aangeven of deze infrastructuur wel degelijk beantwoordt aan hun noden of dat er eventuele aanpassingen nodig zouden zijn? Welke vormen van overleg houdt u met de skateboardgemeenschap, de gemeenten en/of de VGC en Cocof inzake de verdere uitwerking van nieuwe projecten of het onderhoud van bestaande infrastructuur? Kan u zich vinden in de kritiek van de skatersgemeenschap dat er te weinig overleg zou zijn met hen inzake dit beleid?

  • Kan u duiden welke subsidies (zowel op vlak van werkingsmiddelen als op vlak van infrastructuur) u sinds de start van de legislatuur reeds heeft toegekend aan dergelijke projecten? Bij welke projectoproepen werden er ook (nieuwe) skateparken geselecteerd? Welke specifieke middelen worden er op jaarbasis uitgetrokken voor het onderhoud en eventuele uitbreidingen van de bestaande infrastructuur?

  • Kan u duiden of een verdere uitbreiding van de skateboardinfrastructuur in ons Gewest reeds voorzien wordt binnen het kader van uw bevoegdheden? Zo ja, kan u nader duiden om welke projecten het daarbij gaat en wanneer de oplevering hiervan voorzien wordt?

 
 
Antwoord    De Directie Investeringen bij Brussel Plaatselijke Besturen ageert op het vlak van subsidiëring van de gemeentelijke sportinfrastructuur en dat uitsluitend binnen de grenzen van de bepalingen van de ordonnantie van 31 mei 2018 met betrekking tot de toekenning van subsidies voor investeringen in gemeentelijke sportinfrastructuur.

Het beheer, de uitbating, het gevoerde sportieve beleid, etc. vallen niet onder mijn bevoegdheid, noch onder mijn toezicht. Bijgevolg kan ik u de cijfers over het aantal bezoekers van de vermelde skateparken niet bezorgen, en kan ik ze nog minder evalueren.

Het bestuur pleegt dan ook enkel overleg met de gemeenten, en niet met de gebruikers van de gemeentelijke sportinfrastructuur.


Meer in het bijzonder wat de skateparken betreft, heeft de Regering op 30 november 2023 twee projecten uitgekozen in verband met de oprichting van een skatepark: het ene in Oudergem, onder het viaduct Hermann-Debroux, voor een maximale subsidie van 150.000 euro; het andere in Ukkel, nabij het station Kalevoet, voor een maximale subsidie van 117.975 euro.