Schriftelijke vraag betreffende het gebruik van het recht van voorkoop in Brussel
- Indiener(s)
- Bertin Mampaka Mankamba
- aan
- Rudi Vervoort, Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de Promotie van het Imago van Brussel en Biculturele Zaken van gewestelijk Belang (Vragen nr 738)
Datum ontvangst: 02/12/2021 | Datum publicatie: 03/02/2022 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 21/22 | Datum antwoord: 02/02/2022 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
12/01/2022 | Ontvankelijk | Uitgebreid Bureau van het Parlement |
Vraag | De artikelen 258 en 259 van het BWRO vormen de basis voor het recht van voorkoop in het Brussels Gewest. In artikel 262 van dezelfde BWRO worden de houders van het recht van voorkoop genoemd en opgesomd (het Gewest, de 19 gemeenten en het OCMW, de BGHM, enz.) Kunt u ons voor het jaar 2018 mededelen :
|
Antwoord | Ik heb de eer u het volgende antwoord mee te delen: In 2018 zijn 234 verkoopdossiers die aan een voorkooprecht waren onderworpen naar Urban.brussels verzonden. In de praktijk worden de dossiers door de notarissen die de verkoop verlijden toegestuurd aan de voorkoopcel van Urban.brussels, die vervolgens de dossiers aan de betrokken voorkoopgevende overheden overmaakt. Voor het jaar 2018 werd in het Brussels Gewest twee keer het voorkooprecht uitgeoefend: 1. De gemeente Elsene, die is overgegaan tot voorkoop op een eengezinswoning in de Majoor René Dubreucqstraat 30-32; 2. De DBDMH, die is overgegaan tot voorkoop op een eigendom waarin handelsactiviteiten zijn gevoerd. |