Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het nieuwe jaarlijkse vervoersplan van de NMBS en de tijdelijke schrapping van treinen

Indiener(s)
Aurélie Czekalski
aan
Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1106)

 
Datum ontvangst: 13/12/2021 Datum publicatie: 28/01/2022
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 21/22 Datum antwoord: 26/01/2022
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
21/12/2021 Ontvankelijk Uitgebreid Bureau van het Parlement
 
Vraag   

Het nieuwe jaarlijkse vervoersplan van de NMBS is op 12 december in werking getreden. De verschillende aanpassingen maken deel uit van het vervoersplan 2020-2023. Het doel van de NMBS is haar treinaanbod verder te versterken en te optimaliseren.

Op maandag 6 december heeft de NMBS haar treindienst tijdelijk aangepast wegens de evolutie van de epidemie en de toename van het aantal besmettingen. Op die datum werden verschillende treinen tijdelijk afgeschaft.

Sta mij toe u de volgende vragen te stellen:

  • Hoe verloopt de samenwerking tussen de NMBS en de MIVB sinds het NMBS-vervoersplan van november 2020?

  • Wat zijn de gevolgen en voordelen van dit nieuwe jaarlijkse vervoersplan van de NMBS voor de Brusselaars?

  • Zijn er nieuwe samenwerkingsverbanden gepland tussen de MIVB en de NMBS voor een coherente ontwikkeling van het intermodaal vervoer in Brussel?

  • Welke Brusselse lijnen zijn opgenomen in het nieuwe jaarlijkse vervoersplan van de NMBS?

  • Wat is de status van uw federale collega, de heer Gilkinet, met betrekking tot lijn 26? Dit is een belangrijke lijn die extra mobiliteitsoplossingen zal bieden, met name in Ukkel, ter hoogte van het station Sint-Job. Welke contacten heeft u met uw tegenhanger over dit onderwerp gehad?

  • Wat was de betrokkenheid van uw kabinet en van Brussel Mobiliteit bij het nieuwe jaarlijkse vervoersplan van de NMBS?

  • Wat waren de gevolgen van de tijdelijke schrapping van bepaalde treinen voor de Brusselse reizigers?

    • Heeft de MIVB dezelfde toename van besmet personeel gekend? Hoeveel personeelsleden werden besmet met Covid-19?

      • Zijn er MIVB-lijnen die door deze besmettingen zijn beïnvloed? Zo ja, welke?

 

 

 
 
Antwoord    De samenwerking tussen de MIVB en de NMBS wordt voortgezet, onder meer in het kader van het project voor de heropstart van een globale studie over de integratie van het net (de zogenaamde "artikel 13-studie"), overeenkomstig het GEN-akkoord van 2003, dat onder meer ook betrekking heeft op de uitbreiding van de Brupass-zone. De MIVB ontwikkelt haar net in harmonie met het NMBS-net. In 2021 werden twee nieuwe buslijnen gecreëerd, die elk een NMBS-station als halte hebben (52 Centraal Station - Vorst-Nationaal en 74 Clémence Everard - Ukkel Stalle).
Op sommige lijnen (vooral 124 en 161) maken de lopende werken het de NMBS op dit moment onmogelijk het transportaanbod aanzienlijk te verhogen. Dat zal wel geleidelijk toenemen als de werken vorderen. Eind vorig jaar heeft de NMBS het basisaanbod ondanks alles verhoogd. De grootste wijzigingen zijn de volgende:
- De S8-treinen
(Louvain-la-Neuve - Brussel Zuid) worden 1x/uur verlengd tot Zottegem en stoppen ook in Anderlecht, enkel tijdens de week (de andere behouden Brussel Zuid als eindhalte).
- De S9-treinen (Eigenbrakel - Leuven) worden 1x/uur verlengd tot Landen.
- De IC27, die een parcours van het type L/S volgt (stopt in alle stations), wordt omgedoopt tot S19.
Voor Brusselaars en pendelaars is het voornaamste voordeel van deze wijziging dat de halte Anderlecht (aan COOVI) voortaan in de week door twee treinen per uur per richting wordt bediend in plaats van één, en bovendien via verbindingen in verschillende richtingen in het geval men voorbij de Noord-Zuidverbinding reist.
De bediening van wat soms nog "lijn 26" wordt genoemd, wordt verzorgd door verschillende lijnen van het S-net, namelijk de lijnen S5, S7 en S9. Het aanbod is er de laatste jaren sterk uitgebreid en de NMBS heeft onlangs zelfs een IC-trein toegevoegd die verschillende haltes in het zuiden van Brussel aandoet (Linkebeek, Sint-Job, Diesdelle, Boondaal, enz.).
De uitbreiding van dat aanbod maakt deel uit van de Brusselse prioriteiten. Deze uitbreiding sluit meer in het algemeen aan bij de wens om geleidelijk te evolueren naar een meer polycentrische stad. Een toegenomen frequentie op lijnen 26 (en ook 28) moet zorgen voor een betere aansluiting op de metro en een ontwikkeling van de prioritaire zones die langsheen deze assen zijn gelegen (Josaphat, Weststation, enz.), wat er op zijn beurt zal toe bijdragen dat de verwachte stijging van het aantal verplaatsingen niet enkel terechtkomt op de Noord-Zuidverbinding, die tijdens de spits reeds verzadigd is. Er wordt regelmatig overleg gepleegd met de NMBS en Infrabel om te bekijken wanneer en hoe deze uitbreiding moet plaatsvinden.
Bij het opstellen van haar vervoerplan heeft de NMBS zich opengesteld voor en samengewerkt met de verschillende belanghebbenden, waaronder vanzelfsprekend het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Eind 2019 verstrekte de Directie Organiserende Overheid van de Mobiliteit van het BHG een advies over de voorstellen van de NMBS door deze aan de behoeften en de visie van het (ontwerp van het) gewestelijke mobiliteitsplan Good Move te toetsen. Dit advies werd ook aan mijn kabinet bezorgd.
Brussel Mobiliteit is daarentegen niet betrokken bij de jaarlijkse aanpassing van het aanbod dat dit vervoerplan geleidelijk wil invoeren. Dat verhindert niet dat BM, de NMBS en Infrabel regelmatig van gedachten wisselen over hun respectieve prioriteiten en hun uitvoering.
We kunnen hierover niets meedelen. Zoals u hierboven aangaf is de afschaffing tijdelijk, met een geringe weerslag voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (behalve de spitsuurtreinen) en vond deze op 6 december jl. plaats, toen de vraag reeds gedaald was ten gevolge van de COVID-maatregelen.
De Covid-crisis had uiteraard een invloed op het absenteïsme bij de MIVB, net zoals in alle ondernemingen. De situatie is momenteel echter onder controle en de MIVB, die deze indicator zeer nauwlettend in het oog houdt, heeft zich tot dusverre zodanig kunnen organiseren dat de dienstverlening niet moet worden teruggeschroefd.