Schriftelijke vraag betreffende de impact van de energiecrisis op de Brusselse administraties
- Indiener(s)
- Aurélie Czekalski
- aan
- Elke Van den Brandt, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid (Vragen nr 1335)
Datum ontvangst: 30/08/2022 | Datum publicatie: 20/10/2022 | ||
Zittingsperiode: 19/24 | Zitting: 21/22 | Datum antwoord: 20/10/2022 |
Datum | behandeling van het stuk | Indiener(s) | Referentie | Blz. |
12/09/2022 | Ontvankelijk |
Vraag | De stijging van de energieprijzen treft burgers, KMO's en bedrijven, maar ook de Brusselse gemeenten en administraties. Sta me toe u de volgende vragen te stellen:
|
||||||||||||||||||
Antwoord | Het is omwille van de onvoorspelbare schommelingen van de energieprijzen nog niet mogelijk om de exacte impact van de energiecrisis op de Brusselse besturen in te schatten.
Om de verwachte prijsverhoging van de energiefactuur voor de plaatselijke en gewestelijke overheidsinstellingen te drukken en om in het licht van de huidige crisis het goede voorbeeld te geven op het vlak van energiezuinigheid, heeft de regering op de ministerraad van 8 september 2022 haar goedkeuring gehecht aan:
1) een omzendbrief voor de gewestelijke overheden met een aantal richtlijnen om het energieverbruik te verminderen, bestemd voor:
2) een omzendbrief voor de plaatselijke besturen met dezelfde voorstellen als in de omzendbrief voor de gewestelijke overheden, maar dan in de vorm van aanbevelingen voor het gedeelte dat bestemd is voor de verantwoordelijken van de niet-residentiële overheidsgebouwen.
Voorts werd in het kader van de begrotingsgesprekken onderzocht en besproken hoe we de huidige energiecrisis budgettair het best kunnen aanpakken.
BM:
De energieprijs stijgt voortdurend sinds september 2021. In de loop van 2022 bestond nog de hoop dat de prijzen zouden stabiliseren maar de energiecrisis in Europa duurt ontegensprekelijk voort.
Sinds 2020 is Brussel Mobiliteit aangesloten bij de aankoopcentrale Elektriciteit van Sibelga.
Deze centrale baseert zich op het click-systeem om voor een bepaalde periode groothandelsprijzen onder de gemiddelde marktprijs te verkrijgen. De moeilijkheid daarbij is het voorspellen van de evolutie van de markt op de korte, middellange en lange termijn. Met betrekking tot 2022 vond een groot deel van die clicks plaats in het eerste semester van 2021, nog geruime tijd voor het begin van de stijging van de energieprijzen. Dat betekent dat de impact van de felle prijsstijgingen op de begroting 2022 van Brussel Mobiliteit beperkt bleef. Maar ‘beperkt’ betekent niet ‘volledig teniet gedaan’. Bepaalde geopolitieke gebeurtenissen begin 2022 - de oorlog in Oekraïne - en de algemene onzekerheid die dat veroorzaakte op de markten zullen daarentegen wel zwaar wegen op de begroting 2023. Hieronder ter informatie de evolutie van de prijzen die van toepassing zijn, volgens het type elektriciteit (hoogspanning, forfaitair verbruik en laagspanning) voor de begrotingsjaren 2021 en 2022:
Ten opzichte van 2021 komt dit neer op een gemiddelde stijging van ongeveer 7,5% voor 2022.
Nochtans is het belangrijk te weten dat de kostprijs van de component elektriciteit slechts één van de drie componenten is van de uiteindelijke elektriciteitsfactuur - naast de transport- en distributiekosten, de taksen en andere bijdragen - en dat met uitzondering van de btw - die van toepassing is op alle posten van een elektriciteitsfactuur, behalve de federale bijdrage - alle andere kosten stabiel zijn gebleven. Dat betekent dus dat een toename met 230% van de prijs van de component elektriciteit geen systematische toename met 230% van de eindfactuur en dus van de begroting veroorzaakt, maar eerder met ongeveer 50%. Tegelijk werkt Brussel Mobiliteit sinds enkele jaren aan het verminderen van zijn elektriciteitsverbruik via het gebruik van energiebesparende uitrustingen (ledverlichting, ledverkeerslichten enzovoort) en via een optimalisatie van sommige opties (overgang van een enkelvoudige naar een tweevoudige meter voor zowat alle uitrustingen). Het blijft echter moeilijk om de precieze impact van deze maatregelen te meten omdat andere gebeurtenissen hun weerslag hebben gehad (de pandemie die voor andere verplaatsingsgewoonten zorgde waardoor de tunnels bijvoorbeeld minder werden geventileerd...). En deze gebeurtenissen maken het zeer moeilijk om te berekenen wat het aandeel in de energiebesparing is van elk van deze besparingsmaatregelen. Gelet op de stijging van de energieprijzen weerspiegelen deze besparingen (uitgedrukt in het kWh-gebruik) zich helaas niet in een verhoudingsgewijze daling van de energiebudgetten (in euro), omdat de prijsstijgingen het verminderde energieverbruik maskeren. Maar het is ontegensprekelijk zo dat zonder deze besparingen de algemene factuur nog zwaarder zou zijn.
PB:
Wat parking.brussels betreft, is de impact van de energiecrisis tot dusver minder ernstig geweest dan die van de COVID-19-pandemie en de grondstoffencrisis (vertragingen, prijsstijgingen, enz.). De energiekosten zijn met 30% gestegen, maar dit heeft tot dusver geen gevolgen gehad voor het beheer, het personeel, de naleving van de termijnen of de uitvoering van nieuwe projecten.
MIVB:
Wat gas betreft, heeft de MIVB voor het begin van deze zomer de hoeveelheden gekocht die zij nodig zal hebben voor 2023, op een moment dat de prijzen al stegen, maar nog niet zo hoog waren als vandaag. Zij is dus voorzien tot eind 2023. Wat elektriciteit betreft, koopt de MIVB, gezien de prijsstijgingen, energie in kleine schijven, op het moment dat de prijs daalt. Zij volgt de ontwikkeling van de prijzen en koopt beetje bij beetje wanneer de situatie het gunstigst is, om de impact van deze prijsstijgingen zoveel mogelijk te beperken door haar aankopen te spreiden. De MIVB neemt ook talrijke maatregelen om haar energieverbruik te beperken: recuperatie van remenergie, warmtekrachtkoppeling, installatie van zonnepanelen en zonwering, isolatie van de gebouwen, sensibilisering voor ecologisch rijden, ledverlichting in de gebouwen en stations… Zo zijn de daken van vier gebouwen uitgerust met zonnepanelen. In totaal beslaan 5.451 panelen 9.333 m2 en hebben ze een vermogen van 1.778 kWp. De stelplaatsen Erasmus en Marconi zijn uitgerust met geothermische systemen, die de gebouwen mee verwarmen en het gebruik van gasverwarming beperken. Tussen 2018 en 2021 zijn de energieprestaties van de MIVB, ondanks een aanzienlijke toename van haar activiteiten, met 6,2% verbeterd. In de begroting 2023 is een voorziening opgenomen om de gevolgen van de stijging van de energieprijzen voor de MIVB te dekken. Het exacte bedrag van de compensatie zal worden berekend op basis van de werkelijke prijsevolutie gedurende het jaar.D e stijging van de energieprijzen heeft momenteel geen impact op de andere genoemde domeinen.
Voor bijkomende informatie over de maatregelen om energie te besparen, verwijzen we naar ons antwoord op de schriftelijke vraag nr 1297 van M. Özkara. |