Logo Parlement Buxellois

Schriftelijke vraag betreffende het aantal pest- en conflictzaken binnen de GOB

Indiener(s)
Bianca Debaets
aan
Sven Gatz, Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel (Vragen nr 543)

 
Datum ontvangst: 09/12/2022 Datum publicatie: 17/01/2023
Zittingsperiode: 19/24 Zitting: 22/23 Datum antwoord: 17/01/2023
 
Datum behandeling van het stuk Indiener(s) Referentie Blz.
20/12/2022 Ontvankelijk
 
Vraag    Enige tijd terug mocht ik u reeds ondervragen omtrent het aantal pest- en conflictzaken binnen de gewestelijke overheidsdiensten (cf. schriftelijke vraag nr. 327). Gezien het belang van deze thematiek leek het mij echter opportuun om een stand van zaken te bekomen hieromtrent.

Vandaar dat ik u graag volgende vragen stel:

  • Kan u toelichten hoeveel meldingen van pest- en conflictsituaties er geregistreerd werden in 2021 en in 2022 tot dusver binnen de gewestelijke overheidsdiensten (zowel globaal als afzonderlijk per administratie)? Kan u deze cijfers opsplitsen naargelang het soort pest- of conflictgedrag, de functiegraad, het geslacht en de leeftijdscohorte van het slachtoffer van deze pesterijen? Welk aandeel maakt dit uit van het totale aantal meldingen van psychosociaal onwelbevinden op het werk? Welke evolutie kan u duiden in deze cijfers in vergelijking met de voorgaande jaren?

  • Kan u in het bijzonder duiden hoeveel tijd er gemiddeld verstrijkt tussen het registreren van een hulpvraag en het aanbieden van een concrete oplossing? Welke maatregelen worden er genomen om deze tijd zo kort mogelijk te houden?

  • Welk gevolg werd er gegeven aan deze meldingen en klachten? In hoeveel gevallen werden de daders daadwerkelijk gesanctioneerd en op welke manier?

  • Welk aandeel van de geregistreerde meldingen werd uiteindelijk niet omgezet in een formele klacht? Heeft u er zicht op of iedereen die een hulpvraag indiende, zich uiteindelijk ook geholpen voelde?

  • Op welke manier wordt er binnen de GOB gesensibiliseerd en geïnformeerd rond deze problematiek? Kan u duiden of er een centraal (intern of extern) meldpunt bestaat dat deze meldingen verzamelt en opvolgt?


 

 

 
 
Antwoord   

·       Kan u toelichten hoeveel meldingen van pest- en conflictsituaties er geregistreerd werden in 2021 en in 2022 tot dusver binnen de gewestelijke overheidsdiensten (zowel globaal als afzonderlijk per administratie)? Kan u deze cijfers opsplitsen naargelang het soort pest- of conflictgedrag, de functiegraad, het geslacht en de leeftijdscohorte van het slachtoffer van deze pesterijen? Welk aandeel maakt dit uit van het totale aantal meldingen van psychosociaal onwelbevinden op het werk? Welke evolutie kan u duiden in deze cijfers in vergelijking met de voorgaande jaren?

 

Talent.brussels:

 

·       Cijfers 2021: Er werden bij de externe dienst voor preventie 2 meldingen van vermeende pesterijen ingediend (1 door een vrouw en 1 door een man) op een totaal van 3 verzoeken tot psychosociale interventie. De twee meldingen lieten na onderzoek niet toe te besluiten dat er sprake was van pesterijen.

·       Cijfers 2022: de gegevens van de externe preventiedienst zijn nog niet beschikbaar.

 

Evolutie: in vergelijking met 2020 zijn de verzoeken tot psychosociale interventie afgenomen; 2021 is het eerste jaar waarin verzoeken tot psychosociale interventie voor pesterijen zijn ingediend.

·       Kan u in het bijzonder duiden hoeveel tijd er gemiddeld verstrijkt tussen het registreren van een hulpvraag en het aanbieden van een concrete oplossing? Welke maatregelen worden er genomen om deze tijd zo kort mogelijk te houden?

De termijnen zijn de door de wet voorgeschreven termijnen.

 

·       Welk gevolg werd er gegeven aan deze meldingen en klachten? In hoeveel gevallen werden de daders daadwerkelijk gesanctioneerd en op welke manier?

Talent.brussels: de ingevoerde maatregelen zijn die waarin de wet van 1996 en de Codex over het welzijn op het werk voorzien: klachten over ongewenst gedrag worden door de externe preventiedienst behandeld in het kader van verzoeken tot formele interventie. Na onderzoek doet de externe preventiedienst aanbevelingen aan de werkgever, die binnen de wettelijke termijnen een gemotiveerde beslissing voorlegt.

 

·       Welk aandeel van de geregistreerde meldingen werd uiteindelijk niet omgezet in een formele klacht? Heeft u er zicht op of iedereen die een hulpvraag indiende, zich uiteindelijk ook geholpen voelde?

 

Gesprekken met preventieadviseurs psychosociale aspecten en vertrouwenspersonen zijn vertrouwelijk.

 

·       Op welke manier wordt er binnen de GOB gesensibiliseerd en geïnformeerd rond deze problematiek? Kan u duiden of er een centraal (intern of extern) meldpunt bestaat dat deze meldingen verzamelt en opvolgt?

 

Talent.brussels: De contactgegevens van de te contacteren personen (preventieadviseurs psychosociale risico's en vertrouwenspersonen) zijn opgenomen in het arbeidsreglement en staan op het intranet.

De interne vertrouwenspersonen en de externe preventiedienst zorgen voor de opvolging.

 

Voor wat de GOB betreft :

 

De cijfers:

 

 

Interventions auprès du SEPPT- Verzoeken bij de EDPBW

 

2021

 

2022

Dossiers de harcèlement

Dossiers voor pesterijen

 

 

0

 

 

2

Dossiers conflit

Dossiers i.v.m. conflict

 

5

 

4

Cas stress et burnout

 

Casussen stress en burnout

 

9

 

7

Autre causes

Andere oorzaken

4

 

Dossiers Mensura (EDPBW)

2021

2022

Dossiers informels

Informele dossiers

17

15

Dossiers formels

 

Formele dossiers

1

1

TOTAL

TOTAAL

18

16

 

 

Wat betreft de gegevens over leeftijd,geslacht, functiegraad en dergelijke, kan de GOB geen gegevens meedelen daar de EDPBW die info niet zomaar mag geven: de wetgeving verplicht hen anonieme gegevens te verschaffen.

 

 

In 2021 stelde Mensura een daling vast van alle type dossiers. In 2022 was er weer een kleine stijging in de dossiers rond pesterijen. Maar in het algemeen was er dus een daling van de informele verzoeken bij de externe preventiedienst, namelijk van 24 naar 15 dossiers ( 2020à 2022).

2. Medewerkers die een gesprek aanvragen bij Mensura of vertrouwenspersonen krijgen binnen de 10 dagen een gesprek aangeboden (wettelijke verplichting). Tijdens dit gesprek kan een medewerker kiezen voor het opstarten van een informele of een formele procedure. Bij de informele procedure kan meestal snel gehandeld worden (vb contactname met een derde in de organisatie of aanvraag bemiddeling).Bij niet alle informele aanvragen moet er een actie ondernomen worden. In sommige gevallen volstaat het voor de medewerker dat ze eens kunnen praten over hun situatie zonder dat er daarna actie moet ondernomen worden door de welzijnsactor die geraadpleegd werd.  Soms onderneemt de werknemer na zijn of haar afspraak met de preventie-adviseur (psychosociaal) of de vertrouwenspersoon ook zelf actie om een specifieke oplossing voor zijn of haar probleem te activeren (zonder tussenkomst van een derde persoon).

 

Bij een formele procedure wordt een onderzoek opgestart. Dit onderzoek duurt tot 3 maanden en kan verlengd worden tot 6 maanden. In tussentijd kunnen wel bewarende maatregelen worden voorgesteld.

3. Een werknemer die schade meent te ondervinden die voortvloeit uit psychosociale risico's kan de preventieadviseur inzake psychosociale risico's vragen om een formele psychosociale interventie. De preventie-adviseur zal de werksituatie analyseren en een verslag overmaken aan de werkgever. Ze zal de werkgever daarin vragen de gepaste collectieve en individuele maatregelen op basis van hun aanbevelingen en advies. De GOB laat aan de preventie-adviseurs en de verzoeker weten welke acties ze zal ondernemen en binnen welke termijn en voert de acties zo snel mogelijk uit.

 

 

Naast de formele procedure bestaat er ook een informele procedure. De werknemer die schade meent te ondervinden die voortvloeit uit psychosociale risico's kan dan aan de vertrouwenspersoon , de preventieadviseur inzake psychosociale aspecten of een andere welzijnsactor vragen om een informele psychosociale interventie, die erin bestaat informeel een oplossing te zoeken via gesprekken, een interventie ten aanzien van een derde of bemiddeling. Voor deze informele verzoeken zijn er 3 mogelijkheden: 1 of meerdere gesprekken met de verzoeker, een interventie bij een derde (meestal de hiërarchische lijn of HR maar het kan ook een andere welzijnsactor, Unia, specialist,.. zijn)  of een bemiddeling.

 

 

Wanneer mensen een psychosociale interventie opstarten is het belangrijkste doel om tot aanvaardbare oplossingen te kunnen komen om voor alle partijen het welzijn op het werk te verbeteren. Er is niet altijd een duidelijke dader en een duidelijk slachtoffer, zeker niet wanneer er sprake is van een conflict. Indien er toch duidelijk vaststelbaar grensoverschrijdend gedrag werd gesteld, zal de GOB onmiddellijk de nodige bewarende maatregelen treffen zoals beschreven in het arbeidsreglement.

 

4. Indien we het totale aantal aanvragen voor 2022 voor pesten en conflicten (N = 5) vergelijken met het totaal aantal formele verzoeken voor pesten en conflicten (N = 1), kunnen we stellen dat 80% niet werd omgezet in een formele klacht. Voor 2021 waren er 4 meldingen, maar geen enkel formeel verzoek à 100%

 

De externe preventiedienst van de GOB bevraagt altijd op het einde van het gesprek of mensen zich geholpen voelen. Meestal is dat wel zo. Op het einde van een formele procedure zijn mensen vaak minder tevreden omdat ze soms verkeerde verwachtingen hebben van deze procedure (straffen van de ander bvb) ook al licht de preventiedienst systematisch de redelijke verwachtingen voor dit type procedure toe.

 

5. Deze informatie wordt in detail opgenomen in de bijlage A. VII. van het arbeidsreglement, dat sinds 1 maart 2022 van kracht is en dat aan de personeelsleden is bezorgd via het intranet en via e-mail.

 

Alle personeelsleden die bij de GOB in dienst treden, volgen een opleiding met betrekking tot het welzijn op het werk, die hen alle informatie geeft en die hen informeert over de sleutelpersonen die hen kunnen helpen bij hun dagelijkse welzijn op het werk. Ze worden ook begeleid door peters/meters ("welzijnsbegeleid(st)ers" genoemd) die hen begeleiden tijdens hun eerste dagen en hen informeren over de bronnen waarover ze beschikken op het gebied van veiligheid, welzijn op het werk en ergonomie; over hun trajectbeheer bij de GOB (opleidingen, arbeidsongevallen, ziekten); over de voordelen die hen worden aangeboden (premies, sportmogelijkheden, cafetaria en sociale dienst) en over het arbeidsreglement.

 

Bovendien worden de personeelsleden regelmatig geïnformeerd over hun mogelijkheden een beroep te doen op welzijnsactoren en over de mogelijkheden te verzoeken om formele of informele psychosociale interventies. Op het intranet is er een volledige rubriek gewijd aan het welzijn op het werk, met daarin uitleg over: tot wie zich te richten (lijst met welzijnsactoren); wat te doen als het allemaal te veel wordt; hoe omgaan met moeilijkheden op het werk; het register van feiten gepleegd door derden; incidenten en hinderlijk gedrag op weg naar de Iris Tower; burn-out voorkomen; hoe omgaan met een schokkende gebeurtenis of het overlijden van een medewerker; en hoe kan ik me goed in mijn vel voelen.

 

Met betrekking tot psychosociale risico's (PSR's) zorgt de GOB ervoor de hiërarchische lijn te sensibiliseren en op te leiden. Het welzijnsthema komt regelmatig aan bod op de vergaderingen van de directieraad van de GOB en op de teamvergaderingen van het management van de organisatie. 

De welzijnsactoren, waartoe de vakbonden, de sociale dienst en de vertrouwenspersonen behoren, komen meerdere keren per jaar samen tijdens een transversaal welzijnsplatform om informatie te delen, die daarna wordt overgemaakt aan het personeel. Al deze actoren zijn contactpersonen die de werknemers die dat nodig hebben rechtstreeks kunnen informeren en indien nodig kunnen doorverwijzen naar de externe dienst voor beveiliging en bescherming op het werk (EDBPW - momenteel is dat voor de GOB Mensura), die verantwoordelijk is voor de formele verzoeken om psychosociale interventies en risicoanalyses.

 

Binnen de GOB worden talrijke communicaties gedaan om alle personeelsleden te herinneren aan het bestaan van de bevoegde hulpverleners voor de preventie van psychosociale risico's, met name op de intranetpagina’s en digitale schermen waartoe alle personeelsleden toegang hebben. De contactpersonen worden in herinnering gebracht bij elk bewustmakingsevenement (welzijnsmiddagen), toespraken of gelegenheden die een herinnering aan deze contactgegevens vereisen (overlijden van een werknemer, vaststelling van psychosociale problemen, enz.)

 

Tevens voorziet het vormingsplan ook in verschillende opleidingen rond welzijn en dus ook conflictbeheer. Zo voorziet het vormingsplan 2023 volgende opleidingen:

-          Een opleiding voor alle mandatarissen rond conflictbeheer (In 2022 kregen ze een opleiding rond hun verantwoordelijkheid op vlak van welzijn).

-          Workshop: wettelijke verantwoordelijkheden in verband met welzijn op het werk voor directeurs

-          Omgaan met agressief gedrag, voor het controlepersoneel

-          Interpersoonlijke communicatie

-          Opleiding en recyclage (opfrissingscursus) voor de vertrouwenspersonen

-          MOOC (Massive Open Online Course) over seksistisch en seksueel geweld op het werk

 

 

Bovendien zal er ook een workshop conflictbeheer worden toegevoegd voor alle managers die al een managementtraject hebben gevolgd.

 

Er is geen uniek meldingspunt voor informele meldingen. De medewerkers kunnen terecht bij alle welzijnsactoren (vertrouwenspersonen, sociale dienst, welzijn op he werk, vakbonden,… die vermeld staan in het arbeidsreglement en op het intranet. Alle welzijnsactoren stellen alles in het werk om de medewerkers dan zo goed mogelijk te helpen. Voor de formele procedures worden alle aanvragen verzameld bij de EDPBW. Zij heeft ook een zicht op de informele aanvragen bij de vertrouwenspersonen.